4.5.Gegeven deze beoordelingsvrijheid wordt geoordeeld dat de bibliotheken in redelijkheid tot toekenning van het gegeven aantal punten aan Actacom hebben kunnen komen en wel op de volgende gronden.
a. Het antwoord van Actacom op de vraag naar mogelijkheden tot uitbreiding c.q. vermindering van het aantal locaties/werkplekken en het effect daarvan op de prijzen, dat
dit mogelijk is en dat het bedrag lineair (naar rato) wordt aangepast is op zichzelf wel duidelijk, maar erg summier. Daarmee bleef open of aan de hand daarvan voor de bibliotheken duidelijk was wat dat voor de prijs per werkplek zou betekenen, omdat uit de door Actacom ingevulde tabel met prijzen niet zonder meer duidelijk was van welk totaalbedrag voor de aangeboden werkplekken uitgegaan moest worden en dus evenmin duidelijk was hoeveel een extra werkplek meer zou kosten en een werkplek minder zou besparen bij een lineaire berekening naar rato. [naam 3] heeft ter zitting wel een uitleg gegeven wat met de antwoorden van Actacom op de open vragen bij die tabel werd bedoeld, maar - nog daargelaten of dat is wat de bibliotheken uit die antwoorden hebben kunnen of moeten afleiden - die uitleg was kennelijk nodig en die heeft Actacom in haar toelichting niet gegeven. Actacom heeft nog wel gesteld dat er binnen de kaders (lijnen) waarbinnen de vragen moesten worden beantwoord slechts beperkte ruimte was, omdat de lay-out van de tabel niet mocht worden veranderd, maar daarin kan zij niet worden gevolgd. Het betreft hier, zo staat vast, een digitaal formulier, waarbij de kaders zich automatisch aanpassen aan de omvang van de antwoorden. Daarmee wordt de lay-out niet veranderd. Actacom had zich dus niet behoeven te beperken tot de door haar gegeven summiere antwoorden. Daarbij komt dat de beantwoording van de (open) vragen in bijlage F niet aan een maximum aantal woorden was gebonden.
b. Over de snelheid en volledigheid waarmee de contracten konden worden aangepast heeft Actacom in haar antwoorden niets geschreven. Alleen bij de presentatie door de inschrijvende partijen aan de beoordelingscommissie van de bibliotheken op 27 januari 2016 (waarvan met goedvinden van Actacom opnamen zijn gemaakt, waarvan een gedeeltelijke transcriptie in het geding is gebracht) heeft Actacom iets gezegd over een termijn van drie maanden, maar zonder verder toe te lichten wat de invloed daarvan is op de contracten en/of de facturen. Daarmee is het inzicht wat Actacom aan de beoordelingscommissie heeft gegeven wel uiterst summier.
c. Bij het voorgaande komt dat de bibliotheken onweersproken hebben aangevoerd dat zij met de door Actacom genoemde termijn van drie maanden minder flexibel zijn dan de met de door de winnende inschrijver bij deze vragen genoemde termijn. Ook dat is een omstandigheid waarmee de beoordelingscommissie in redelijkheid rekening heeft mogen houden.
d. De andere inschrijvende partijen hebben klaarblijkelijk wel met een ruimere omschrijving inlichtingen gegeven over de contractaanpassing ingeval van krimp/uitbreiding van het aantal locaties/werkplekken. Bij de beoordeling van het aantal toe te kennen punten heeft de beoordelingscommissie ook rekening mogen houden met hetgeen de ene inschrijver aanbood ten opzichte van de ander.