ECLI:NL:RBGEL:2016:2610

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
29 maart 2016
Publicatiedatum
12 mei 2016
Zaaknummer
05/882002-15 (rc)
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Bezwaarschrift tegen afwijzing verstrekking auditieve opnamen van verhoren

In deze zaak heeft de rechter-commissaris op 29 maart 2016 een beschikking gegeven naar aanleiding van een bezwaarschrift van de raadsman van de verdachte. De raadsman had bezwaar gemaakt tegen de beslissing van de officier van justitie om geen afschrift te verstrekken van auditieve opnamen van verhoren van getuigen. De officier van justitie had het verzoek van de raadsman afgewezen, stellende dat de opnamen geen processtukken zijn in de zin van het Wetboek van Strafvordering (Sv). De rechter-commissaris heeft echter geoordeeld dat de auditieve opnamen wel degelijk als stukken waarvan kennisneming is toegestaan kunnen worden beschouwd, ondanks dat ze niet de status van processtuk hebben. De rechter-commissaris heeft vastgesteld dat de officier van justitie niet voldoende onderbouwd heeft waarom de opnamen niet verstrekt zouden moeten worden, met name in het licht van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer. Daarom heeft de rechter-commissaris het bezwaarschrift gegrond verklaard en de officier van justitie opgedragen om de verhoren van de getuigen aan de verdediging te verstrekken. Deze beschikking is gegeven in Arnhem.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND
Kabinet rechter-commissaris
Zittingsplaats Arnhem
Parketnummer: 05/882002-15
RC-nummer : 15/2138
Beschikking op een bezwaarschrift betreffende artikel 32, lid 4 van het Wetboek van Strafvordering.
De rechter-commissaris heeft ontvangen van de advocaat van verdachte

[verdachte]

wonende [adres] te [woonplaats] , geboren op [geboortedatum] te [geboorteplaats]
een bezwaarschrift tegen de beslissing van de officier van justitie om geen afschrift te verstrekken van stukken waarvan kennisneming wel is toegestaan.

Gezien

  • het verzoek van de raadsman van verdachte gedateerd 10 maart 2016;
  • de afwijzing van de officier van justitie gedateerd 22 maart 2016;
  • het bezwaarschrift van de raadsman van verdachte gedateerd 22 maart 2016;
Bij emailbericht d.d. 22 maart 2016 heeft de officier van justitie het verzoek van de raadsman d.d. 10 maart 2016 om in het bezit te worden gesteld van een kopie van de auditieve opnamen van de verhoren van [getuige 1] , [getuige 2] en [getuige 3] afgewezen. Tegen deze afwijzing werd door de raadsman op 22 maart 2016, aldus tijdig een bezwaarschrift ingediend.

Beoordeling

Ingevolge artikel 30 lid 1 Wetboek van Strafvordering (hierna: Sv) wordt op diens verzoek aan verdachte de kennisneming verleend van de processtukken van het voorbereidend onderzoek door de officier van justitie.
Ingevolge artikel 32 lid 1 Sv kan de verdachte van de stukken waarvan kennisneming is toegestaan een afschrift verkrijgen.
De verdediging is door de officier van justitie in de gelegenheid gesteld kennis te nemen van de auditieve opnamen van de verhoren van [getuige 1] , [getuige 2] en [getuige 3] op het politiebureau. De officier van justitie is echter niet bereid deze opnamen in kopie aan de verdediging te vertrekken omdat het geen processtukken zijn in de zin van de wet. De kennisneming dient te geschieden op het politiebureau.
Met de officier van justitie is de rechter-commissaris van oordeel dat de auditieve opnamen van de verhoren van genoemde personen niet de status van processtuk in de zin van artikel 149a Sv hebben. Wel zijn deze opnamen te beschouwen als stuk waarvan de kennisneming is toegestaan, aldus een stuk in de zin van artikel 32 lid 1 Sv.
Op grond van artikel 32 lid 2 Sv kan de officier van justitie in het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer, de opsporing en vervolging van strafbare feiten of op zwaarwichtige gronden aan het algemeen belang ontleend, bepalen dat van bepaalde stukken of gedeelten geen afschrift wordt verstrekt.
Van geen van deze weigeringsgronden is sprake, waarbij de rechter-commissaris overweegt dat de officier van justitie weliswaar stelt dat het in het belang van de bescherming van de persoonlijke levenssfeer is de opnamen niet te verstrekken maar dit op geen enkele manier nader onderbouwd.

Beslissing

Gelet op bovenstaande verklaart de rechter-commissaris het bezwaarschrift gegrond en draagt de officier van justitie op om aan de verdediging afschrift te verstrekken van de verhoren van [getuige 1] , [getuige 2] en [getuige 3] .

Deze beschikking is gegeven te Arnhem op 29 maart 2016 door

mr. R.M. Maanicus
rechter-commissaris