Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [naam]
- de pleitnota van DG Rubber.
2.De feiten
3.Het geschil
4.De beoordeling
816,00
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter op 3 november 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen eiser [naam], vertegenwoordigd door advocaat mr. V.G.A. Kruijtzer, en gedaagde DG Rubber Holland B.V., vertegenwoordigd door advocaat mr. R.M.I. van der Straaten. De zaak betreft een vordering van eiser tot staking van slaafse nabootsing van zijn PVC structuurmatten door gedaagde. Eiser stelt dat gedaagde onrechtmatig handelt door producten te verhandelen die identiek zijn aan zijn GIAN 1 wafel klein en GIAN 2S structuurmatten, die worden gebruikt in de betonindustrie. De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat er sprake is van een sterke gelijkenis tussen de producten van beide partijen, wat leidt tot verwarringsgevaar bij het relevante publiek van professionele inkopers en architecten. Eiser heeft voldoende aangetoond dat hij een eigen plaats op de markt heeft verworven met zijn producten, mede door aanzienlijke investeringen in productontwikkeling en marketing. De voorzieningenrechter oordeelt dat gedaagde een andere weg had kunnen inslaan zonder afbreuk te doen aan de deugdelijkheid van de producten. De vordering van eiser om gedaagde te bevelen de slaafse nabootsing te staken, is toegewezen, met een dwangsom voor elke overtreding. Gedaagde is ook veroordeeld in de proceskosten.