Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de vrijwillige verschijning van partijen ter zitting van 31 maart 2015 te 14:00 uur
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van Unibus
- de voorwaardelijke eis in reconventie.
Rechtbank Gelderland
In deze zaak heeft de Rechtbank Gelderland op 31 maart 2015 uitspraak gedaan in een kort geding tussen de besloten vennootschap UNIBUS B.V. en DE ONTVANGER VAN DE BELASTINGDIENST. UNIBUS vorderde de onmiddellijke schorsing van de executie van een Ferrari, die in beslag was genomen op basis van dwangbevelen wegens belastingaanslagen. UNIBUS stelde dat de Ferrari eigendom was van Calèche B.V., een vennootschap die indirect bestuurd werd door dezelfde persoon als UNIBUS. De Ontvanger voerde aan dat het verzet van UNIBUS tegen de tenuitvoerlegging kansloos was en dat UNIBUS misbruik van bevoegdheid maakte door het verzet in te stellen.
De rechtbank oordeelde dat het verzet van UNIBUS evident kansloos was, omdat de argumenten die UNIBUS aanvoerde al eerder waren beoordeeld in een andere procedure tussen Calèche en De Ontvanger. De rechtbank concludeerde dat er geen nieuwe argumenten waren die een andere beslissing rechtvaardigden. Bovendien was het belang van UNIBUS bij het instellen van het verzet onduidelijk, aangezien de betalingsverplichting van UNIBUS aan Calèche door verrekening teniet was gegaan. De rechtbank wees de vorderingen van UNIBUS af en veroordeelde haar in de proceskosten.
De uitspraak benadrukt het belang van de beoordeling van de eigendom van goederen in het kader van belastingexecuties en de grenzen van het instellen van verzet tegen dwangbevelen. De rechtbank bevestigde dat de Ontvanger terecht geen schorsende werking aan het verzet van UNIBUS heeft toegekend, gezien het misbruik van bevoegdheid door UNIBUS.