Uitspraak
RECHTBANK GELDERLAND
1.De procedure
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van de stichting
- de pleitnota van de gemeenten.
Rechtbank Gelderland
Op 18 september 2014 heeft de Rechtbank Gelderland in Arnhem een vonnis gewezen in een kort geding tussen de stichting GGNet en meerdere gemeenten in de Achterhoek. De stichting GGNet, vertegenwoordigd door advocaten J.J. Rijken en K.H.M. van der Woerdt, vorderde dat de gemeenten de inschrijvingstermijn voor de aanbesteding Jeugdhulp 2015 opschorten. De gemeenten, vertegenwoordigd door advocaten T. van Wijk en M. Baneke, voerden verweer tegen deze vordering. De inschrijvingstermijn voor de aanbesteding zou op 19 september 2014 sluiten, en GGNet stelde dat de voorwaarden voor inschrijving onduidelijk en disproportioneel waren, wat in strijd zou zijn met de beginselen van het aanbestedingsrecht.
De voorzieningenrechter oordeelde dat GGNet een zwaarwegend belang had bij het verkrijgen van een voorlopige voorziening, omdat het risico bestond dat zij een onomkeerbare situatie zou ondervinden voordat de zaak ter beoordeling kon worden voorgelegd. De gemeenten stelden dat de aanbesteding onder grote tijdsdruk stond en voor 1 november 2014 afgerond moest zijn, maar de rechter oordeelde dat dit belang niet zwaarder woog dan het belang van GGNet om haar bezwaren tegen de voorwaarden te laten toetsen.
Uiteindelijk besloot de voorzieningenrechter dat de gemeenten de inschrijvingstermijn moesten opschorten tot twee werkdagen na de uitspraak in het kort geding, dat op 30 september 2014 zou plaatsvinden. Dit vonnis werd uitvoerbaar bij voorraad verklaard, en verdere beslissingen werden aangehouden tot de behandeling van de hoofdzaak op dezelfde datum. Het vonnis werd uitgesproken door mr. R.J.B. Boonekamp in aanwezigheid van griffier mr. B.J.M. Vermulst.