ECLI:NL:RBGEL:2014:5134

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
31 juli 2014
Publicatiedatum
8 augustus 2014
Zaaknummer
3302576 BM VERZ 14-5016
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • W.C. Haasnoot
  • F. Gerard
  • M. Vanhommerig
  • P.A.M. Penders
  • W. Haasnoot
  • P. Penders
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Schorsing van Stichting Bronn als bewindvoerder in alle zaken

In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Gelderland op 31 juli 2014 een beschikking gegeven met betrekking tot de Stichting Bronn, die als bewindvoerder fungeert. De aanleiding voor deze beschikking was een bezoek van mr. P. Penders, kantonrechter van de rechtbank Oost-Brabant, aan het kantoor van de bewindvoerder op 27 juni 2014. Tijdens dit bezoek werden verschillende fouten in de dossiers van de bewindvoerder geconstateerd. Hierop volgde een oproep voor een gesprek met de betrokken kantonrechters, waaronder mr. F. Gerard en mr. W. Haasnoot, om de gebreken te bespreken. Het gesprek vond plaats op 8 juli 2014, waarbij mr. M. Vanhommerig in plaats van mr. F. Gerard aanwezig was.

Na het gesprek heeft de bewindvoerder op 14 juli 2014 een plan van aanpak ingediend. Op 22 juli 2014 heeft mr. P.A.M. Penders gesproken met drie van de vier fungerende bewindvoerders. Gezien de geconstateerde tekortkomingen en het gebrek aan vertrouwen in de mogelijkheid van de bewindvoerder om deze binnen een redelijke termijn te herstellen, heeft de kantonrechter besloten om de Stichting Bronn te schorsen in alle zaken waarin zij als bewindvoerder is aangesteld. De kantonrechter heeft daarbij gelast dat de bewindvoerder de betaling van de vaste lasten en het leefgeld van de rechthebbenden blijft voldoen totdat een opvolgend bewindvoerder is aangesteld.

De kantonrechter heeft in zijn beoordeling benadrukt dat de bewindvoerder verantwoordelijk is voor het beheer van de financiën van kwetsbare personen en dat deze zorgvuldigheid niet altijd is nageleefd. Er zijn diverse tekortkomingen geconstateerd, zoals het niet tijdig aanvragen van toeslagen en het onterecht betalen van kosten. De kantonrechter heeft geconcludeerd dat er onvoldoende vertrouwen is dat de belangen van de rechthebbenden op korte termijn adequaat zullen worden behartigd, wat heeft geleid tot de schorsing van de bewindvoerder.

Uitspraak

RECHTBANK GELDERLAND

Team bewind en erfrecht
Zittingsplaats Zutphen
Zaaknummer: 3302576 BM VERZ 14-5016
beschikking van de kantonrechter d.d. 31 juli 2014
in de zaak van
Stichting Bronn,
Postbus 75
6590 AB Gennep,
als bewindvoerder van:
……………………..,
geboren te …….. op …………,
wonende te …………...

1.Het verloop van het geding

Op 27 juni 2014 heeft mr. P. Penders, kantonrechter rechtbank Oost-Brabant, het kantoor van de bewindvoerder bezocht. Aanleiding was het feit dat in een aantal dossiers was gebleken van door de bewindvoerder gemaakte fouten.
Bij brief van 1 juli 2014 is het bestuur van de bewindvoerder opgeroepen voor een gesprek met mr. F. Gerard, kantonrechter rechtbank Limburg, mr. W. Haasnoot, kantonrechter rechtbank Gelderland en mr. P. Penders, kantonrechter rechtbank Oost-Brabant. In deze oproep is een aantal door de kantonrechter geconstateerde gebreken genoemd.
Het gesprek heeft plaatsgevonden op 8 juli 2014. In plaats van mr. F. Gerard was aanwezig mr. M. Vanhommerig.
Bij brief van 14 juli 2014 heeft de bewindvoerder een plan van aanpak aan de kantonrechter gestuurd. Op 22 juli 2014 heeft de kantonrechter mr. P.A.M. Penders gesproken met drie van de vier fungerend bewindvoerders.
Naar aanleiding van het gesprek met het bestuur en het plan van aanpak is de raad van toezicht van de bewindvoerder uitgenodigd voor een gesprek met de hiervoor genoemde kantonrechters. In de uitnodiging voor dit gesprek, die 5 pagina’s omvat, is een groot aantal zorgpunten weergegeven. Het gesprek heeft plaatsgevonden op 24 juli 2014.

2.De beoordeling

De kantonrechter verwijst naar de inhoud van voornoemde brieven, die hier als ingelast beschouwd moeten worden.
Allereerst wijst de kantonrechter erop dat de bewindvoerder het geld van andere mensen beheert en daarover beschikt.
Deze mensen kunnen niet zelf voor hun eigen financiën zorg dragen en verkeren in een kwetsbare positie. Deze mensen moeten erop kunnen vertrouwen dat de bewindvoerder te allen tijde zorgvuldig met de hem toevertrouwde financiën zal omgaan.
Uit diverse dossiers is gebleken dat deze zorgvuldigheid niet steeds wordt betracht. Zo worden toeslagen niet tijdig aangevraagd, net als bijzondere bijstand.
Kosten worden betaald, die niet betaald hadden moeten worden (zoals bijvoorbeeld de ziektekostenverzekering van een meerderjarig kind). Hierdoor kunnen andere rekeningen, die wel moeten worden betaald, niet betaald worden, waardoor rechthebbende schulden krijgt. Rechthebbenden krijgen meer leefgeld dan binnen hun budget mogelijk is, waardoor ook deze rechthebbenden onnodig schulden krijgen. Daarnaast is de verantwoording aan de kantonrechter niet tijdig en veelal niet juist of onvolledig.
De kantonrechter heeft, gelet op de geconstateerde tekortkomingen, gelet op het plan van aanpak van de bewindvoerder en gelet op de gevoerde gesprekken noch het vertrouwen dat de bewindvoerder de geconstateerde gebreken binnen bekwame tijd kan herstellen, noch dat binnen bekwame tijd een structurele oplossing wordt gevonden voor de personele en organisatorische problemen. Het feit dat inmiddels één bewindvoerder is ontslagen en de directeur op non-actief is gesteld, maakt dit niet anders.
De kantonrechter stelt vast dat thans, zo heeft de bewindvoerder medegedeeld, na ziek melding van de andere bewindvoerders, slechts één medewerkster die fungeert als bewindvoerder feitelijk werkzaamheden verricht. Deze medewerkster werkt volgens informatie van de kantonrechter op therapeutische basis gedurende 24 uur per week. Waar de bewindvoerder ongeveer 670 bewindsdossiers onder zich heeft, is dit een apert te kleine bezetting.
Er is, vier weken na het bezoek van de kantonrechter aan het kantoor van de bewindvoerder en bijna vijf weken nadat de bewindvoerder met onmiddellijke ingang de manager/bewindvoerder van de front office wegens disfunctioneren heeft ontslagen, niets anders gedaan dan het op non-actief stellen van de directeur/bestuurder en het aanstellen van 1,5 FTE telefoniste. Desgevraagd heeft de raad van toezicht aangegeven dat eerst eind augustus een tijdpad voor de verbeteringen kan worden aangegeven. Het aanbrengen van de verbeteringen staat onder leiding van één lid van de raad van toezicht, die geen enkele ervaring heeft met de werkzaamheden rond bewindvoering. Wel zal in augustus extra personeel aangenomen kunnen worden, maar dat zullen geen bewindvoerders zijn, aldus de raad van toezicht, maar administratief ondersteunend personeel.
Naar het oordeel van de kantonrechter is er niets concreets aangevoerd waaruit blijkt dat op korte termijn zodanige verbeteringen kunnen worden doorgevoerd dat de medewerkers die de werkzaamheden van bewindvoerder uitvoeren, daartoe weer in staat zullen zijn. Ook is niets concreets aangevoerd waaruit afgeleid kan worden binnen welke termijn de financiën van alle cliënten weer op orde zijn.
Gelet op al het voorgaande ontbreekt het de kantonrechter aan het vertrouwen dat binnen een acceptabele termijn de belangen van degenen wiens goederen onder bewind zijn gesteld, deugdelijk zullen worden behartigd. De bewindvoerder zal daarom worden ontslagen in alle zaken waarin de rechtbank Gelderland toezicht houdt.
Teneinde een zodanige overdracht van dossiers mogelijk te maken dat rechthebbenden daarvan zo weinig mogelijk negatieve gevolgen zullen ondervinden, zal de kantonrechter de bewindvoerder eerst schorsen.
Bij wege van voorlopige voorziening gelast de kantonrechter dat de bewindvoerder de rekeningen van de vaste lasten van rechthebbenden en hun leefgeld blijft voldoen, tot het moment waarop de opvolgend bewindvoerder aangeeft voor rechthebbende een bankrekening te hebben geopend.
De beslissing
De kantonrechter:
-
schorstde Stichting Bronn in alle zaken waarin de kantonrechter bij de rechtbank Gelderland toezicht houdt en waarin de Stichting Bronn is benoemd tot bewindvoerder als bedoeld in boek 1 BW;
-
gelast, bij wege van voorlopige voorziening, dat de Stichting Bronn de betaling van de vaste lasten en van het leefgeld van alle rechthebbenden in de zaken waarin zij is geschorst blijft voldoen totdat de opvolgend bewindvoerder heeft laten weten dat hij of zij een beheerrekening voor de rechthebbende heeft geopend;
-
verklaartdeze beschikking uitvoerbaar bij voorraad;
Deze beschikking is gegeven en in het openbaar uitgesproken op 31 juli 2014 door
mr. W.C. Haasnoot, in tegenwoordigheid van de griffier.
verzenddatum: