CleanLeaseFortex vordert samengevat - na wijziging van eis:
I. Primair RUMC te gebieden de voorlopige gunningsbeslissing in te trekken, RUMC te gebieden te verklaren dat Rentex Awé ongeldig heeft ingeschreven, RUMC te verbieden de opdracht definitief te gunnen aan Rentex Awé en RUMC te gebieden de opdracht (voorlopig) te gunnen aan CleanLeaseFortex, voor zover RUMC de opdracht nog altijd wenst te gunnen.
II. Subsidiair RUMC te gebieden de voorlopige gunningsbeslissing in te trekken, RUMC te gebieden een onafhankelijke derde opdracht te geven, althans een (nieuwe) beoordelingscommissie aan te stellen om te beoordelen of Rentex Awé een Eigen Verklaring heeft ingediend conform de eisen die volgen uit de aanbestedingsstukken, althans in ieder geval te beoordelen of Rentex Awé voor de geschiktheidseisen ten aanzien van de NEN-EN 13795 en NEN-EN-ISO 13485 certificering in paragraaf 8.2 van de Eigen Verklaring een beroep doet op een geschikte derde, meer in het bijzonder Rentex Floron B.V. En om RUMC te gebieden met inachtneming van deze bevindingen een nieuwe gunningsbeslissing te nemen met opnieuw inachtneming van een standstill-termijn van minimaal twintig kalenderdagen.
III. Meer subsidiair RUMC te gebieden de voorlopige gunningsbeslissing in te trekken, RUMC te verbieden de opdracht definitief te gunnen aan Rentex Awé en RUMC te gebieden een heraanbesteding te organiseren, voor zover RUMC de opdracht nog wenst te gunnen.
IV. Nog meer subsidiair RUMC te gebieden om de voorlopige gunningsbeslissing in te trekken, RUMC te verbieden de opdracht definitief te gunnen aan Rentex Awé en RUMC te gebieden een deugdelijke motivering aan CleanLeaseFortex te verstrekken waarin in ieder geval de relatieve voor- en nadelen van de inschrijving van CleanLeaseFortex ten opzichte van de winnende inschrijver, waaronder mede verstaan wordt het uitdrukken van de scores op prijs van zowel de winnende inschrijver als CleanLeaseFortex zelf, worden beschreven en een (uitgebreide) toelichting wordt gegeven op de gestelde kwalitatieve (sub)subgunningscriteria op een wijze die recht doet aan de fundamentele beginselen van het aanbestedingsrecht, waaronder het gelijkheids- en transparantiebeginsel en de eisen van artikel 2.130 Aanbestedingswet 2012. En om RUMC te gebieden om na de verstrekking van de motivering opnieuw een standstill-termijn van minimaal twintig kalenderdagen in acht te nemen;
V. Uiterst subsidiair om elke andere voorlopige voorziening te treffen die de rechtbank in goede justitie passend acht en die recht doet aan de belangen van CleanLeaseFortex.
VI. In alle gevallen op straffe van een dwangsom en met veroordeling van RUMC in de proceskosten, de nakosten en de wettelijke rente over deze kosten.