ECLI:NL:RBGEL:2013:CA3366
Rechtbank Gelderland
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Beslagvrije voet en executoriaal derdenbeslag op AOW-uitkering in internationaal kader
In deze zaak, die voor de Rechtbank Gelderland is behandeld, staat centraal of Sparkasse Kleve de gehele AOW-uitkering van eiser mag inhouden op basis van een executoriaal derdenbeslag dat is gelegd naar aanleiding van een vonnis van 25 april 2007. Eiser, die stelt sinds november 2011 in Nederland te verblijven, betwist dat hij in Duitsland woont, waar hij staat ingeschreven. Hij vraagt de voorzieningenrechter om een beslagvrije voet toe te passen, zoals geregeld in de artikelen 475d en 475e van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv). Sparkasse Kleve voert aan dat eiser in Duitsland woont en daarom geen recht heeft op een beslagvrije voet.
De voorzieningenrechter heeft vastgesteld dat de bevoegdheid om van de vorderingen kennis te nemen, is gebaseerd op de EEX-Verordening. De rechter heeft de overgelegde verklaringen van eiser en zijn dochter beoordeeld, maar deze bleken onvoldoende overtuigend om aan te nemen dat eiser daadwerkelijk in Nederland woont. De rechter concludeert dat, zelfs als aangenomen wordt dat eiser tijdelijk in Nederland verblijft, de vorderingen niet voor toewijzing gereed zijn. Dit komt doordat de beslagvrije voet verminderd kan worden met andere inkomsten van de schuldenaar, en eiser niet voldoende informatie heeft verstrekt over zijn financiële situatie.
Uiteindelijk heeft de voorzieningenrechter de vorderingen van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten, die aan de zijde van Sparkasse Kleve zijn begroot op € 1.405,00. Dit vonnis is op 19 april 2013 uitgesproken en heeft belangrijke implicaties voor de toepassing van beslagvrije voet in internationale contexten.