ECLI:NL:RBGEL:2013:CA0516

Rechtbank Gelderland

Datum uitspraak
5 april 2013
Publicatiedatum
22 juni 2013
Zaaknummer
240369
Instantie
Rechtbank Gelderland
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Kort geding
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot uitvoering van kort geding vonnis en toegang tot pand

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Gelderland op 5 april 2013 een vonnis gewezen in een kort geding tussen eiser en de gedaagden, waaronder Kaplan Group B.V. en een andere besloten vennootschap. Eiser, eigenaar van een pand aan de [adres] 63 te [woonplaats], heeft de gedaagden aangesproken om uitvoering te geven aan een eerder vonnis in een procedure tussen hem en de Rooms-katholieke parochie [parochie]. Dit eerdere vonnis verplichtte eiser om een dubbele deur in de rechterzijgevel van het pand te verwijderen en de muur dicht te metselen, alsook de sleutel van het hek van de parochie te retourneren. Eiser heeft de gedaagden verzocht om hem toegang te verschaffen tot het pand, zodat hij de werkzaamheden kan laten uitvoeren door een aannemer. De gedaagden hebben echter aangegeven geen medewerking te willen verlenen aan deze werkzaamheden.

De voorzieningenrechter heeft geoordeeld dat er sprake is van een spoedeisend belang bij de vorderingen van eiser, aangezien hij afhankelijk is van de medewerking van de gedaagden om aan de veroordeling in het eerdere vonnis te voldoen. De rechter heeft vastgesteld dat de gedaagden, op grond van artikel 7:220 lid 1 BW, verplicht zijn om de uitvoering van de werkzaamheden toe te staan, omdat deze als dringende werkzaamheden worden beschouwd. De voorzieningenrechter heeft de gedaagden veroordeeld om eiser binnen drie dagen toegang te verschaffen tot het pand en de aannemer in de gelegenheid te stellen de werkzaamheden uit te voeren. Tevens is bepaald dat eiser, indien de gedaagden in gebreke blijven, zich met behulp van de sterke arm van justitie toegang kan verschaffen tot het pand.

Daarnaast zijn de gedaagden veroordeeld om de sleutel van het hek aan eiser te retourneren en is een dwangsom opgelegd voor het geval zij hieraan niet voldoen. De proceskosten zijn eveneens voor rekening van de gedaagden gesteld. Dit vonnis is openbaar uitgesproken op 5 april 2013 door mr. R.J.B. Boonekamp.

Uitspraak

vonnis
RECHTBANK GELDERLAND
Team kanton en handelsrecht
Zittingsplaats Arnhem
zaaknummer / rolnummer: C/05/240369 / KG ZA 13-119
Vonnis in kort geding van 5 april 2013
in de zaak van
[eiser]
eiser,
advocaat mr. M.J.C. Wensink te Arnhem,
tegen
[gedaagde]
2. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
KAPLAN GROUP B.V.,
gevestigd te Zevenaar,
3. de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid
[gedaagde]
gedaagden,
vertegenwoordigd door [bestuurder], (middellijk) bestuurder van Kaplan Group B.V. en [gedaagde sub 3] B.V.
Partijen zullen hierna [eiser] en Kaplan c.s. genoemd worden.
1. De procedure
1.1. Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding
- de mondelinge behandeling
- de pleitnota van [eiser].
1.2. Ten slotte is vonnis bepaald.
2. De feiten
2.1. [eiser] is sinds 28 september 1990 eigenaar van het pand gelegen aan de [adres] 63 te [woonplaats].
2.2. [eiser] heeft gedurende ongeveer vier jaren zelf in de bovenetage van dit pand gewoond en op de begane grond een restaurant geëxploiteerd. Op 14 september 1994 heeft [eiser] dit pand verhuurd aan E. [betrokkene 1] en Y. [betrokkene 2]. Deze huurders hebben in de bovenwoning gewoond en op de begane grond een horecaonderneming geëxploiteerd.
2.3. [eiser] verhuurt sinds 8 oktober 2008 dit pand aan gedaagde sub 1 mevrouw V. [gedaagde sub 1] en gedaagde sub 2 Kaplan Group B.V. (hierna samen: de huurders).
Het pand wordt feitelijk gebruikt door gedaagde sub 3, [gedaagd[woonplaats] B.V. (hierna: [gedaagde sub 3]), een dochteronderneming van Kaplan Group B.V., die aldaar een horecaonder¬neming exploiteert.
2.4. Naast het pand van [eiser] aan de [adres] 63 (hierna ook: het gehuurde), ligt aan de rechterzijde het perceel de [adres] 65 te [woonplaats], dat in eigendom toebehoort aan de Rooms-katholieke parochie [parochie] (hierna: [parochie]). Het perceel is aan de zijde van de openbare weg (de [adres]) afgesloten door middel van een hek dat op slot kan.
2.5. De rechter¬zijgevel (noordoostgevel) van het gehuurde, bezien vanaf de openbare weg de [adres], staat op de perceelsgrens en vormt de erfafscheiding met het perceel van [parochie] aan de [adres] 65. In deze zijgevel zit een dubbele deur die aan het gehuurde uitgang biedt op het perceel van [parochie] (hierna ook: de dubbele deur). Ter illustratie van de situatie ter plaatse wordt hieronder een gedeelte van de kadastrale kaart met betrekking tot de erven [adres] 63 en 65 te [woonplaats] afgebeeld waarop de plaats van de dubbele deur is aangegeven met een X:
2.6. [parochie] is van mening dat de dubbele deur in het gehuurde dient te worden verwijderd en de muur dient te worden dichtgemetseld. Daarnaast moet de sleutel van het hek op het perceel van [parochie] worden ingeleverd. Deze sleutel is thans in het bezit van [gedaagde sub 3], omdat zij het gehuurde feitelijk exploiteert. Ten einde dit te bewerkstelligen is [parochie] tegen [eiser] een kort gedingprocedure gestart (zaaknummer / rolnum¬mer: C/05/239603 / KG ZA 13-71), waarin [parochie] - kort samengevat - vordert dat [eiser] op straffe van een dwangsom wordt veroordeeld om binnen 14 dagen na betekening van het in die procedure te wijzen vonnis de dubbele deur in het gehuurde verwijdert en de muur dichtmetselt en dichtgemetseld houdt, en voorts de sleutel van het hek op het perceel van [parochie] teruggeeft.
2.7. Desgevraagd hebben Kaplan c.s. [eiser] medegedeeld dat zij geen medewerking zullen geven aan het verwijderen van de dubbele deur in de rechterzijgevel van het gehuurde.
3. Het geschil
3.1. [eiser] vordert bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad:
1. Kaplan c.s. gezamenlijk en ieder afzonderlijk te veroordelen om de uitvoering van het vonnis in de procedure tussen [eiser] en de Rooms-katholieke parochie [parochie] (zaaknummer / rolnummer: C/05/239603 / KG ZA 13-71) te gehengen en gedogen en zulks ook te blijven gehengen en gedogen;
2. Kaplan c.s. gezamenlijk en ieder afzonderlijk te veroordelen om [eiser] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis toegang te verschaffen tot het pand aan de [adres] 63 te [woonplaats] en de door [eiser] ingeschakelde aannemer in de gelegenheid te stellen om de deur te verwijderen en de muur dicht te metselen;
3. [eiser] te vergunnen, bij gebreke van de medewerking van Kaplan c.s., zich toegang te verschaffen tot de woning en de gemelde werkzaamheden uit te laten voeren, met machtiging van [eiser] om de toegang af te dwingen met de hulp van de sterke arm van de politie en justitie, en op kosten van Kaplan c.s., voor welke kosten zij hoofdelijk aansprakelijk zijn, met gelasting van hen deze kosten aan [eiser] te voldoen;
4. Kaplan c.s. gezamenlijk en ieder afzonderlijk te veroordelen om aan [eiser] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis de sleutel van het hek te retourneren op straffe van een dwangsom van € 1.000,00 per dag of gedeelte van een dag;
5. Kaplan c.s. hoofdelijk, des de een betalende de ander is gekweten, te veroordelen in de kosten van dit geding.
3.2. [eiser] stelt dat indien hij in het vonnis in de kort gedingprocedure tussen hem en [parochie] wordt veroordeeld om de dubbele deur in het gehuurde te verwijderen en de sleutel van het hek van [parochie] af te geven, hij de medewerking van zijn huurders en [gedaagde sub 3] nodig heeft om die veroordeling na te komen. [eiser] stelt dat op grond van artikel 7:220 lid 1 BW Kaplan c.s. gehouden zijn om die medewerking te verlenen. [eiser] stelt een spoedeisend belang te hebben bij zijn vorderingen, omdat hij afhankelijk is van de medewerking van Kaplan c.s. om feitelijk uitvoering te kunnen geven aan de eventuele veroordeling op straffe van een dwangsom in het vonnis in de procedure tussen hem en [parochie].
3.3. Kaplan c.s. voeren verweer.
3.4. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.
4. De beoordeling
4.1. Gelet op de aard van de vorderingen en het daaraan ten grondslag gelegde, acht de voorzieningenrechter het spoedeisend belang bij de gevraagde voorzieningen gegeven.
4.2. Kaplan c.s. hebben [eiser] te kennen gegeven dat zij niet toestaan dat de dubbele deur in de rechterzijgevel van het gehuurde wordt dichtgemaakt, omdat deze deur de nooduitgang is van de bovenwoning in het gehuurde.
4.3. Bij uitvoerbaar bij voorraad verklaard vonnis van de voorzieningenrechter van deze rechtbank van 5 april 2013 (zaaknummer / rolnummer: C/05/239603 / KG ZA 13-71) is [eiser], op straffe van verbeurte van een dwangsom, onder meer veroordeeld om binnen 14 dagen na betekening van dat vonnis:
- de dubbele deur in de rechterzijgevel (noordoostgevel) van het pand op de [adres] 63 (het gehuurde) te verwijderen en de muur dicht te metselen en dichtgemetseld te houden, en
- de sleutel van het hek van [parochie] te retourneren aan [parochie].
4.4. [eiser] heeft de medewerking van Kaplan c.s. nodig om die veroordeling na te komen, omdat zij het gehuurde huren dan wel exploiteren en aldus de feitelijke beschikking hebben over het gehuurde en de sleutel van het hek van [parochie].
4.5. Op grond van artikel 7:220 lid 1 BW is een huurder gehouden om dringende werkzaamheden (die niet reparaties hoeven te zijn) aan het gehuurde die tijdens de huurtijd moeten worden uitgevoerd toe te staan. Blijkens de parlementaire geschiedenis gaat het hierbij om werkzaamheden die niet zonder nadeel kunnen worden uitgesteld (zie Kamerstukken II 1999/2000 26089, nr. 6, p. 22). De werkzaamheden waartoe [eiser] in het hierboven genoemde vonnis is veroordeeld zijn dringende werkzaamheden in de zin van artikel 7:220 lid 1 BW, nu die niet kunnen worden uitgesteld zonder dat [eiser] schade lijdt, omdat [eiser] op straffe van verbeurte van een dwangsom veroordeeld is die werkzaamheden uit te voeren. Dit betekent dat de huurders verplicht zijn [eiser] in de gelegenheid te stellen om die werkzaamheden aan het gehuurde uit te (laten) voeren. Aangezien het feitelijk de heer [bestuurder] is die de werkzaamheden namens [gedaagde sub 3] tegenhoudt, en hij via Kaplan Group B.V. middellijk enig aandeelhouder en bestuurder is van [gedaagde sub 3], dient [gedaagde sub 3] voor de toepassing van artikel 7:220 lid 1 BW vereenzelvigd te worden met de huurders, zodat de verplichting van dat artikel ook voor [gedaagde sub 3] geldt. Kaplan c.s. zullen dan ook de uitvoering van het vonnis van 5 april 2013 gewezen in de procedure tussen [parochie] en [eiser] (zaaknummer / rolnummer: C/05/239603 / KG ZA 13-71) moeten gedogen.
4.6. De vorderingen zullen worden toegewezen zoals hierna te melden, waarbij zo veel mogelijk is aangesloten op de veroordelingen tegen [eiser] in het hierboven genoemde vonnis. De gevorderde dwangsom zal worden beperkt als volgt.
4.7. Kaplan c.s. zullen als de in het ongelijk gestelde partij hoofdelijk in de proces¬kosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van [eiser] worden begroot op:
- dagvaarding (3 x) € 280,43 (€ 94,79 + € 92,82 + € 92,82)
- griffierecht € 274,00
- salaris advocaat € 816,00
Totaal € 1.370,43
5. De beslissing
De voorzieningenrechter
5.1. veroordeelt Kaplan c.s. om de uitvoering van het vonnis van 5 april 2013 van de voorzieningenrechter van deze rechtbank gewezen in de procedure tussen de
Rooms-katholieke parochie [parochie] tegen [eiser] (zaaknummer / rolnummer: C/05/239603 / KG ZA 13-71) te gehengen en te gedogen en zulks te blijven doen,
5.2. veroordeelt Kaplan c.s. om [eiser] binnen drie dagen na betekening van dit vonnis toegang te verschaffen tot het pand aan de [adres] 63 te [woonplaats] en de door [eiser] ingeschakelde aannemer in de gelegenheid te stellen om de dubbele deur in de rechterzijgevel (noordoostgevel) van het pand aan de [adres] 63 te verwijderen en de muur dicht te metselen,
5.3. machtigt [eiser] om met behulp van de sterke arm van justitie en politie en op kosten van Kaplan c.s., waarvoor Kaplan c.s. hoofdelijk aansprakelijk zijn, zich de toegang te verschaffen tot het pand aan de [adres] 63 te [woonplaats] om de hiervoor onder 5.2 van dit vonnis gemelde werkzaamheden uit te laten voeren, indien Kaplan c.s. in gebreke blijven aan het onder 5.1 en 5.2 van dit vonnis bepaalde te voldoen,
5.4. veroordeelt Kaplan c.s. om binnen 14 dagen na betekening van dit vonnis de sleutel van het hek op het perceel van [parochie] aan de [adres] 65 af te geven aan [eiser],
5.5. veroordeelt Kaplan c.s. om aan [eiser] een dwangsom te betalen van € 50,00 voor iedere dag of gedeelte daarvan dat zij niet aan de in 5.4 uitgesproken veroordeling voldoen, tot een maximum van € 5.000,00 is bereikt,
5.6. veroordeelt Kaplan c.s. hoofdelijk, zodat indien en voor zover de één betaalt ook de anderen zullen zijn bevrijd, in de proceskosten, aan de zijde van [eiser] tot op heden begroot op € 1.370,43,
5.7. verklaart dit vonnis tot zover uitvoerbaar bij voorraad,
5.8. wijst het meer of anders gevorderde af.
Dit vonnis is gewezen door mr. R.J.B. Boonekamp en in het openbaar uitgesproken op 5 april 2013.
Coll.: HS