In deze zaak, die zich afspeelt in de Rechtbank Gelderland, betreft het een bevoegdheidsincident in een vrijwaringsprocedure. De eiser, vertegenwoordigd door mr. F.J. Van Eeckhoutte, heeft een vordering ingesteld tegen de rechtspersoon Medtronic Inc., vertegenwoordigd door mr. dr. R.F.H. Mertens. De kern van het geschil draait om de vraag of de Nederlandse rechter bevoegd is om kennis te nemen van de vrijwaringsprocedure, gezien het forumkeuzebeding in de 'Mutual Release and Settlement Agreement' tussen de partijen. Medtronic stelt dat de rechtbank zich onbevoegd moet verklaren op basis van dit forumkeuzebeding, dat New York als bevoegde rechter aanwijst, en dat de EEX-Verordening van toepassing is. De eiser daarentegen betoogt dat de Nederlandse rechter bevoegd is, omdat de vrijwaringsprocedure is toegestaan onder de Nederlandse wetgeving en de EEX-Verordening niet relevant is in deze context.
De rechtbank overweegt dat artikel 23 van de EEX-Verordening niet van toepassing is, omdat Medtronic geen woonplaats heeft in een lidstaat van de EU. De rechtbank concludeert dat de bevoegdheid in deze zaak moet worden beoordeeld aan de hand van het Nederlandse recht. De rechtbank stelt vast dat er een conflict bestaat tussen artikel 7 lid 2 Rv, dat de Nederlandse rechter bevoegd verklaart, en artikel 8 lid 2 Rv, dat de mogelijkheid biedt om een andere rechter aan te wijzen via een forumkeuzebeding. De rechtbank oordeelt dat het forumkeuzebeding voorrang heeft boven de Nederlandse rechtsmacht, wat betekent dat de rechtbank zich onbevoegd moet verklaren om kennis te nemen van het geschil in de vrijwaringsprocedure.
Uiteindelijk wordt de eiser in het ongelijk gesteld en veroordeeld in de proceskosten van Medtronic, die zijn begroot op € 579,00. Dit vonnis is uitgesproken door mr. G.J. Meijer op 11 september 2013.