ECLI:NL:RBDOR:2008:BG4222

Rechtbank Dordrecht

Datum uitspraak
1 augustus 2008
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
AWB-08_790
Instantie
Rechtbank Dordrecht
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
  • M.A.C. Prins
  • M.L. Bosman-Schouten
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beslaglegging op loon van verzoekster door de Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden

In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Dordrecht op 1 augustus 2008 uitspraak gedaan over een verzoek van verzoekster, die bezwaar maakte tegen een beslaglegging op haar loon door de Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden. De achtergrond van de zaak gaat terug naar besluiten van de verweerster om bedragen terug te vorderen van verzoekster in verband met ten onrechte gemaakte kosten van bijstand. Verzoekster had eerder al een bedrag van fl. 71.582,67 en later EUR 501,60 teruggevorderd gekregen. Ter invordering van deze schulden legde de verweerster op 4 april 2008 beslag op het loon van verzoekster, waarbij ook vakantietoeslag werd ingehouden. Verzoekster werd op 18 april 2008 op de hoogte gesteld van deze beslaglegging en maakte bezwaar tegen deze beslissing.

De voorzieningenrechter overwoog dat de brief van 18 april 2008 en de daaropvolgende correspondentie niet als een besluit in de zin van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) konden worden aangemerkt. Dit omdat het leggen en continueren van loonbeslag een privaatrechtelijke rechtshandeling betreft. De voorzieningenrechter verwees naar eerdere jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep, die bevestigt dat dergelijke handelingen niet onder de Awb vallen. Verzoekster werd geadviseerd om, indien nodig, een executiegeschil aanhangig te maken bij de civiele rechter.

Uiteindelijk concludeerde de voorzieningenrechter dat er geen sprake was van een besluit en dat het bezwaar van verzoekster niet-ontvankelijk was. Het verzoek werd afgewezen en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd openbaar gedaan op 1 augustus 2008.

Uitspraak

RECHTBANK DORDRECHT
Sector Bestuursrecht
procedurenummer: AWB 08/790
uitspraak van de voorzieningenrechter als bedoeld in artikel 8:83, derde lid, van de Algemene wet bestuursrecht
inzake
[naam verzoekster ], wonende te Dordrecht, verzoekster,
gemachtigde: mr. H.W.F. Klarenaar, advocaat te Dordrecht,
tegen
De Bestuurscommissie Sociale Dienst Drechtsteden, verweerster.
1. Ontstaan en loop van het geding
Bij besluit van 30 september 1998 heeft de rechtsvoorganger van verweerster een bedrag van fl. 71.582,67 van verzoekster teruggevorderd in verband met ten onrechte gemaakte kosten van bijstand. Bij besluit van 2 februari 2004 heeft verweerster een bedrag van EUR 501,60 van verzoekster teruggevorderd in verband met ten onrechte gemaakte kosten van bijstand.
Ter invordering van deze schulden heeft verweerster bij schriftelijke kennisgeving van 4 april 2008 bij de werkgever van verzoekster beslag gelegd op het loon van verzoekster. In dat kader is verzocht om alle bedragen boven de beslagvrije voet, waaronder de vakantietoeslag, in te houden en over te maken aan de Sociale Dienst Drechtsteden totdat een bedrag van EUR 9118,29 zal zijn voldaan. Verzoekster is bij brief van 18 april 2008 op de hoogte gesteld van de beslaglegging. Bij brieven van 6 mei 2008 en 16 juni 2008 heeft verweerder te kennen gegeven het gelegde beslag niet op te willen heffen.
Verzoekster heeft bij brief van 2 mei 2008 bezwaar gemaakt tegen de brief van 18 april 2008.
Verzoekster heeft bij brief van 9 juli 2008 een verzoek om een voorlopige voorziening ingediend bij de voorzieningenrechter van de rechtbank Dordrecht.
2. Overwegingen
Ingevolge artikel 1:3, eerste lid, van de Algemene wet bestuursrecht (verder te noemen: de Awb) wordt onder een besluit verstaan een schriftelijke beslissing van een bestuursorgaan, inhoudende een publiekrechtelijke rechtshandeling.
Ingevolge artikel 8:81 van de Awb kan, indien tegen een besluit bij de rechtbank beroep is ingesteld, dan wel, voorafgaand aan een mogelijk beroep bij de rechtbank, bezwaar is gemaakt of administratief beroep is ingesteld, de voorzieningenrechter van de rechtbank die bevoegd is of kan worden in de hoofdzaak op verzoek een voorlopige voorziening treffen indien onverwijlde spoed, gelet op de betrokken belangen, dat vereist.
Artikel 8:83, derde lid, van de Awb bepaalt dat de voorzieningenrechter uitspraak kan doen zonder dat partijen worden uitgenodigd ter zitting te verschijnen, indien hij kennelijk onbevoegd is of het verzoek kennelijk niet-ontvankelijk, kennelijk ongegrond of kennelijk gegrond is.
De voorzieningenrechter heeft aanleiding gezien om met toepassing van voormelde bepaling het onderzoek in deze zaak te sluiten.
Daartoe heeft de voorzieningenrechter het volgende overwogen.
De brief van 18 april 2008, alsmede de na die tijd verzonden brieven in reactie op de verzoeken van de gemachtigde om het beslag op te heffen, bevatten slechts mededelingen en kunnen derhalve niet worden aangemerkt als een besluit als bedoeld in artikel 1:3 van de Awb. Het leggen en continueren van loonbeslag is immers een privaatrechtelijke rechtshandeling. De voorzieningenrechter verwijst hierbij naar de vaste jurisprudentie van de Centrale Raad van Beroep (onder andere in de uitspraak van 15 mei 2007, LJN BA6447). Terzake van de vraag of (nog) een executoriale titel voor het beslag aanwezig is, kan verzoekster desgewenst een executiegeschil als bedoeld in artikel 438 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering bij de civiele rechter aanhangig maken.
Nu er geen sprake is van een besluit in de zin van de Awb en het bezwaar daartegen dan ook niet-ontvankelijk moet worden geacht, dient het verzoek te worden afgewezen.
Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen aanleiding.
Gezien het vorenstaande beslist de voorzieningenrechter als volgt.
3. Beslissing
De voorzieningenrechter van de rechtbank Dordrecht,
- wijst het verzoek af.
Aldus gegeven door mr. M.A.C. Prins, voorzieningenrechter,
en door deze en mr. M.L. Bosman-Schouten, griffier, ondertekend.
Uitgesproken in het openbaar op: 1 augustus 2008
Rechtsmiddel
Tegen deze uitspraak staat geen rechtsmiddel open.