ECLI:NL:RBDOR:2008:BE8938
Rechtbank Dordrecht
- Wraking
- P.W. van Baal
- W.P.M. Jurgens
- M.G.L. de Vette
- Rechtspraak.nl
Wraking op grond van vooringenomenheid ongegrond verklaard
In deze zaak heeft de rechtbank Dordrecht op 20 augustus 2008 uitspraak gedaan over een verzoek tot wraking van de politierechter, ingediend door de raadsman van de verdachte. De verdachte, die gedetineerd was in de Penitentiaire Inrichting Zuid West “De Dordtse Poorten”, verzocht om wraking van de politierechter op basis van vermeende vooringenomenheid. Dit verzoek werd gedaan tijdens de zitting op 15 augustus 2008, waar de politierechter het onderzoek schorste om het verzoek door een meervoudige kamer te laten behandelen. De raadsman stelde dat de politierechter blijk gaf van vooringenomenheid door het verzoek om het vermeende slachtoffer als getuige te horen af te wijzen en door te stellen dat een beroep op noodweer niet aannemelijk was.
De politierechter verweerde zich door te stellen dat zijn beslissing een momentopname was, gebaseerd op de stand van zaken tot dat moment. Hij was zich ervan bewust dat een verandering in de situatie de zaak in een ander daglicht kon plaatsen. De officier van justitie steunde de politierechter en concludeerde dat er geen bewijs was voor de veronderstelde vooringenomenheid.
De wrakingskamer oordeelde dat de vrees voor partijdigheid van de politierechter niet objectief gerechtvaardigd was. De rechtbank benadrukte dat een rechter vermoed wordt onpartijdig te zijn, tenzij er uitzonderlijke omstandigheden zijn die dit tegenspreken. De afwijzing van het verzoek om een getuige te horen op zich levert geen zwaarwegende aanwijzing op voor vooringenomenheid. De rechtbank concludeerde dat het verzoek tot wraking ongegrond was en wees dit af.