ECLI:NL:RBDOR:2007:AZ8234
Rechtbank Dordrecht
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing van goedkeuring voor afwijkend huurbeding in exploitatieovereenkomst voor benzinestation
In deze zaak heeft de kantonrechter van de Rechtbank Dordrecht op 30 januari 2007 uitspraak gedaan in een verzoek tot goedkeuring van een afwijkend huurbeding in een exploitatieovereenkomst. De zaak betreft een overeenkomst tussen de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid De Haan Minerale Oliën B.V. en een andere partij, die niet bij naam is genoemd in de beschikking. De overeenkomst is gesloten voor een periode van 22 maanden, ingaande op 21 december 2006 en eindigend op 20 oktober 2008. De verzoekers stelden dat zij een nieuwe overeenkomst hadden gesloten die niet voortzetting was van een eerdere overeenkomst tussen BP Nederland B.V. en Filling Station Jongeneel B.V.
De kantonrechter heeft de procedure gestart op basis van een voorwaardelijk verzoekschrift dat op 21 december 2006 is ingediend. Tijdens de mondelinge behandeling op 16 januari 2007 hebben de verzoekers verklaard dat de huidige overeenkomst inhoudelijk verschilt van de overeenkomst die eerder tussen BP en Jongeneel B.V. bestond. De verzoekers hebben ook bewijs overgelegd van de beëindiging van de eerdere overeenkomst per 20 december 2006.
De kantonrechter heeft beoordeeld dat de exploitatieovereenkomst valt onder de bepalingen van huur van bedrijfsruimte in afdeling 6 van Boek 7 BW. Aangezien de overeenkomst korter is dan twee jaar, zijn de artikelen 7:290 tot en met 7:300 BW niet van toepassing. De rechter concludeert dat er geen grond is voor goedkeuring van het afwijkend beding, omdat de overeenkomst geen voortzetting is van de eerdere overeenkomst en er geen geschil bestaat tussen de partijen over de inhoud van de nieuwe overeenkomst. Het verzoek tot goedkeuring van het voorgestelde beding is dan ook afgewezen.