Op 9 mei 2025 heeft de Rechtbank Den Haag uitspraak gedaan in een zaak waarin eisers, vertegenwoordigd door mr. H. Postma, beroep hebben ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie. De eisers stelden dat de minister niet tijdig had beslist op hun asielaanvragen, ingediend op 25 november 2023. De rechtbank heeft vastgesteld dat de minister de wettelijke beslistermijn van zes maanden met negen maanden heeft overschreden. Na het verstrijken van deze termijn hebben eisers de minister verzocht om binnen twee weken alsnog te beslissen, maar dit verzoek is niet ingewilligd. De rechtbank heeft het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond verklaard. De minister is opgedragen om binnen zestien weken na de uitspraak alsnog een besluit te nemen op de aanvragen. Indien de minister deze termijn overschrijdt, is zij een dwangsom van € 100,- per dag verschuldigd, met een maximum van € 7.500,-. Daarnaast is de minister veroordeeld tot betaling van de proceskosten van eisers, vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangemerkt als een belangrijke beslissing in het bestuursrecht en vreemdelingenrecht.