ECLI:NL:RBDHA:2025:6737

Rechtbank Den Haag

Datum uitspraak
17 februari 2025
Publicatiedatum
22 april 2025
Zaaknummer
71/013355-23
Instantie
Rechtbank Den Haag
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Op tegenspraak
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Niet-ontvankelijkheid van het Openbaar Ministerie in de vervolging van de verdachte wegens strijd met de beginselen van een behoorlijke procesorde

In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 17 februari 2025 uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte, geboren in Syrië en momenteel gedetineerd. De rechtbank heeft het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk verklaard in de vervolging van de verdachte voor feiten die betrekking hebben op slachtoffer GT296993. Dit besluit is genomen op basis van het vertrouwensbeginsel, omdat de officieren van justitie eerder hadden aangegeven dat deze verdenkingen geen deel zouden uitmaken van de definitieve tenlastelegging. De rechtbank heeft vastgesteld dat de verdachte gerechtvaardigd op dit vertrouwen heeft mogen rekenen, gezien de duidelijke communicatie van het Openbaar Ministerie en de bevestiging daarvan tijdens een pro-formazitting. De rechtbank heeft de gang van zaken als strijdig met de beginselen van een behoorlijke procesorde beoordeeld, wat heeft geleid tot de beslissing om het Openbaar Ministerie niet-ontvankelijk te verklaren in de vervolging van de verdachte voor de genoemde feiten.

Uitspraak

Rechtbank DEN HAAG

Strafrecht
Meervoudige kamer
Parketnummer: 71/013355-23
Datum uitspraak: 17 februari 2025
Tegenspraak
De rechtbank Den Haag, rechtdoende in strafzaken, heeft het navolgende vonnis gewezen in de zaak van de officieren van justitie tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [geboortedag] 1968 te [geboorteplaats] (Syrië),
op dit moment gedetineerd in de penitentiaire inrichting [plaats] .

1.Het onderzoek ter terechtzitting

Het onderzoek is gehouden op de terechtzittingen van 5 maart 2024, 20 maart 2024, 18 juni 2024, 10 september 2024, 2 december 2024 en 17 februari 2025 (alle pro forma).
De rechtbank heeft op de terechtzitting van 17 februari 2025 kennisgenomen van een door de raadslieden mr. A.M. Seebregts en mr. M.C. Levy gevoerd preliminair verweer en van de reactie daarop van de officieren van justitie mr. M. Blom en mr. A.J. van Dooren. De rechtbank heeft – met instemming van de officieren van justitie – toegestaan dat de raadslieden dit verweer voerden, ook al hadden de officieren van justitie de zaak al eerder voorgedragen.

2.De tenlastelegging

Aan de verdachte is bij voorlopige dagvaarding als bedoeld in artikel 261, derde lid, van het Wetboek van Strafvordering, ten laste gelegd dat:
1
hij, in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 28 februari 2014 te
Salamiyah, althans in Syrië, meermalen, althans eenmaal,
als ambtenaar en/of anderszins ten dienste van de overheid werkzame persoon, te
weten in de hoedanigheid van (hoofd)verhoorder, althans lid en/of medewerker van
de aan de Syrische overheid gelieerde National Defence Force,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
in de uitoefening van zijn/hun functie(s)
een of meerdere personen heeft gefolterd, welke foltering(en) hierin bestond(en)
dat verdachte en/of zijn mededader(s) bij deze persoon/personen (telkens)
opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n), hetzij lichamelijk, hetzij
geestelijk, terwijl deze persoon/personen zich in gevangenschap bevond(en) en/of
in de macht bevond(en) van verdachte en/of zijn mededader(s),
(telkens) met het oogmerk om van een of meerdere personen of van een derde
inlichtingen of een bekentenis te verkrijgen, een of meerdere personen te bestraffen
voor een handeling die deze(n) of een derde heeft begaan of waarvan deze(n) of een
derde wordt verdacht, of een of meerdere personen of een derde vrees aan te jagen
of te dwingen iets te doen of te dulden, dan wel om enigerlei reden gebaseerd op
discriminatie uit welke grond dan ook,
door
- [slachtoffer 1] in of omstreeks de periode van 3 januari 2014 tot en met 7 januari
2014 meermalen, althans eenmaal, te slaan met de (blote) hand(en) en/of met een
vierdelige elektriciteitskabel, althans een kabel, althans een hard voorwerp, op zijn
hoofd en/of gezicht en/of nek en/of (linker)schouder en/of (linker)been en/of
billen, althans op zijn lichaam, en/of meermalen, althans eenmaal, (een) plek(ken)
op zijn lichaam te overgieten met water om vervolgens met een vierdelige
elektriciteitskabel, althans een kabel, althans een hard voorwerp op die plek(ken) te
slaan, en/of meermalen, althans eenmaal, met zijn handen gebonden op zijn rug in
een hurkstand in een autoband te dwingen en/of vast te zetten, waarin hij
gedurende minstens een half uur, althans voor enige tijd, (gevouwen) moest blijven
zitten terwijl hij werd geslagen op zijn rug en/of benen, en/of meermalen, althans
eenmaal, te dwingen al zijn kleding uit te doen in het bijzijn van
medegedetineerden en/of hem uit te schelden, en/of meermalen, althans eenmaal,
met de voet(en) op zijn nek te gaan staan, terwijl deze met zijn handen op zijn rug
vastgebonden op zijn buik op de grond lag, en/of meermalen, althans eenmaal,
(een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden
veroorzaakte(n);
en/of
- [slachtoffer 2] in of omstreeks de periode van 20 oktober 2013 tot en met 24
oktober 2013 meermalen, althans eenmaal, met een stok en/of een (stroom)kabel,
althans een hard voorwerp, te slaan op zijn rug, althans zijn lichaam, en/of
meermalen, althans eenmaal, zijn handen op zijn rug te binden en/of zijn voeten
vast te binden met (een) touw(en) en/of hem aan dit/deze touw(en) ondersteboven
op te hangen en/of te slaan op zijn rug en/of benen terwijl hij enkel een onderbroek
droeg, en/of meermalen, althans eenmaal, met de voet(en) te trappen tegen zijn
(onder)rug, en/of meermalen, althans eenmaal, te elektrocuteren door een
voorwerp onder stroom tegen zijn pols(en) en/of hand(en) aan te houden, en/of
meermalen, althans eenmaal, op zijn hoofd te staan en/of in zijn mond te spugen,
en/of meermalen, althans eenmaal, met de voet(en) met (militaire) laarzen, althans
met zwaar schoeisel aan, tegen zijn hoofd en/of in zijn buik en/of tegen zijn
geslachtsdelen te schoppen en/of te zeggen “om nageslacht te voorkomen”, althans
woorden van gelijke strekking, en/of meermalen, althans eenmaal, een stukje
salami, althans iets eetbaars, op de grond te leggen en/of te zeggen “eet die salami
als een hond van de vloer”, althans woorden van gelijke strekking, en/of
meermalen, althans eenmaal, (een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk
ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n);
en/of
- [slachtoffer 3] in of omstreeks de periode van 20 december 2013 tot en met
15 februari 2014, meermalen, althans eenmaal, met een ketting en/of een kabel
en/of een stuk rubber, althans een hard voorwerp, te slaan op zijn hoofd totdat hij
het bewustzijn verloor, en/of meermalen, althans eenmaal, zijn handen en/of
voeten vast te binden en/of met (blote) hand(en) te slaan en/of met de voet(en) te
schoppen, en/of meermalen, althans eenmaal, te dwingen te kijken naar (een)
medegedetineerd(en) die werd(en) geslagen, en/of meermalen, althans eenmaal,
(een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden
veroorzaakte(n);
en/of
- slachtoffer GT296993, in 2013, meermalen, althans eenmaal, met de (blote)
hand(en) te slaan in haar gezicht en/of op haar hoofd en/of haar schouder(s) en/of
haar maag en/of haar borsten, althans haar lichaam, en/of meermalen, althans
eenmaal, met de voet(en) te schoppen tegen haar zij, althans haar lichaam, en/of
meermalen, althans eenmaal, uit te schelden en/of te zeggen “jullie willen als
hoeren te werk gaan” en/of “jullie hoeren, jullie viezeriken”, althans woorden van
gelijke strekking, en/of meermalen, althans eenmaal, haar blouse, althans haar
bovenkledingstuk, omlaag en/of uit te trekken en/of tegen haar ontblote borsten te
slaan en/of haar ontblote borsten te pakken en/of aan haar ontblote borsten te
trekken en/of aan haar ontblote tepels te trekken, terwijl haar handen op haar rug
vastgebonden waren, en/of meermalen, althans eenmaal, met een stroomstootstok
en/of stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder stroom, te slaan op haar
ontblote borsten en/of haar via haar ontblote borsten, althans haar lichaam,
elektrische stoten toe te dienen, waardoor zij (telkens) het bewustzijn verloor, en/of
meermalen, althans eenmaal, met een stok, althans een hard voorwerp, te slaan
tegen haar zij, althans haar lichaam, en/of meermalen, althans eenmaal, een
stroomstootstok en/of stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder
stroom, tegen haar vagina aan te houden en/of, terwijl dit voorwerp haar vagina
aanraakte, een elektrische stoot toe te dienen, en/of meermalen, althans eenmaal,
aan haar schaamhaar te trekken en/of haar schaamhaar los te trekken, en/of
meermalen, althans eenmaal, met een of meerdere vingers haar vagina binnen te
dringen en/of (daarbij) te zeggen “ja, hier ben jij geneukt, hé? Is dit wel fijn voor je
of moet het nog dieper gaan?”, en/of woorden van gelijke strekking, en/of
meermalen, althans eenmaal, (een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk
ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n).
2
hij, in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 28 februari 2014 te
Salamiyah, althans in Syrië, meermalen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een of meerdere personen heeft gemarteld, welke marteling(en) hierin bestond(en)
dat verdachte en/of zijn mededader(s) bij deze persoon/personen (telkens)
opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n), hetzij lichamelijk, hetzij
geestelijk, terwijl deze persoon/personen zich in gevangenschap bevond(en) en/of
in de macht bevond(en) van verdachte en/of zijn mededader(s),
door
- [slachtoffer 1] in of omstreeks de periode van 3 januari 2014 tot en met 7 januari
2014 meermalen, althans eenmaal, te slaan met de (blote) hand(en) en/of met een
vierdelige elektriciteitskabel, althans een kabel, althans een hard voorwerp, op zijn
hoofd en/of gezicht en/of nek en/of (linker)schouder en/of (linker)been en/of
billen, althans op zijn lichaam, en/of meermalen, althans eenmaal, (een) plek(ken)
op zijn lichaam te overgieten met water om vervolgens met een vierdelige
elektriciteitskabel, althans een kabel, althans een hard voorwerp op die plek(ken) te
slaan, en/of meermalen, althans eenmaal, met zijn handen gebonden op zijn rug in
een hurkstand in een autoband te dwingen en/of vast te zetten, waarin hij
gedurende minstens een half uur, althans voor enige tijd, (gevouwen) moest blijven
zitten terwijl hij werd geslagen op zijn rug en/of benen, en/of meermalen, althans
eenmaal, te dwingen al zijn kleding uit te doen in het bijzijn van
medegedetineerden en/of hem uit te schelden, en/of meermalen, althans eenmaal,
met de voet(en) op zijn nek te gaan staan, terwijl deze met zijn handen op zijn rug
vastgebonden op zijn buik op de grond lag, en/of meermalen, althans eenmaal,
(een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden
veroorzaakte(n);
en/of
- [slachtoffer 2] in of omstreeks de periode van 20 oktober 2013 tot en met 24
oktober 2013 meermalen, althans eenmaal, met een stok en/of een (stroom)kabel,
althans een hard voorwerp, te slaan op zijn rug, althans zijn lichaam, en/of
meermalen, althans eenmaal, zijn handen op zijn rug te binden en/of zijn voeten
vast te binden met (een) touw(en) en/of hem aan dit/deze touw(en) ondersteboven
op te hangen en/of te slaan op zijn rug en/of benen terwijl hij enkel een onderbroek
droeg, en/of meermalen, althans eenmaal, met de voet(en) te trappen tegen zijn
(onder)rug, en/of meermalen, althans eenmaal, te elektrocuteren door een
voorwerp onder stroom tegen zijn pols(en) en/of hand(en) aan te houden, en/of
meermalen, althans eenmaal, op zijn hoofd te staan en/of in zijn mond te spugen,
en/of meermalen, althans eenmaal, met de voet(en) met (militaire) laarzen, althans
met zwaar schoeisel aan, tegen zijn hoofd en/of in zijn buik en/of tegen zijn
geslachtsdelen te schoppen en/of te zeggen “om nageslacht te voorkomen”, althans
woorden van gelijke strekking, en/of meermalen, althans eenmaal, een stukje
salami, althans iets eetbaars, op de grond te leggen en/of te zeggen “eet die salami
als een hond van de vloer”, althans woorden van gelijke strekking, en/of
meermalen, althans eenmaal, (een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk
ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n);
en/of
- [slachtoffer 3] in of omstreeks de periode van 20 december 2013 tot en met
15 februari 2014, meermalen, althans eenmaal, met een ketting en/of een kabel
en/of een stuk rubber, althans een hard voorwerp, te slaan op zijn hoofd totdat hij
het bewustzijn verloor, en/of meermalen, althans eenmaal, zijn handen en/of
voeten vast te binden en/of met (blote) hand(en) te slaan en/of met de voet(en) te
schoppen, en/of meermalen, althans eenmaal, te dwingen te kijken naar (een)
medegedetineerd(en) die werd(en) geslagen, en/of meermalen, althans eenmaal,
(een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk ernstige pijn of ernstig lijden
veroorzaakte(n);
en/of
- slachtoffer GT296993, in 2013, meermalen, althans eenmaal, met de (blote)
hand(en) te slaan in haar gezicht en/of op haar hoofd en/of haar schouder(s) en/of
haar maag en/of haar borsten, althans haar lichaam, en/of meermalen, althans
eenmaal, met de voet(en) te schoppen tegen haar zij, althans haar lichaam, en/of
meermalen, althans eenmaal, uit te schelden en/of te zeggen “jullie willen als
hoeren te werk gaan” en/of “jullie hoeren, jullie viezeriken”, althans woorden van
gelijke strekking, en/of meermalen, althans eenmaal, haar blouse, althans haar
bovenkledingstuk, omlaag en/of uit te trekken en/of tegen haar ontblote borsten te
slaan en/of haar ontblote borsten te pakken en/of aan haar ontblote borsten te
trekken en/of aan haar ontblote tepels te trekken, terwijl haar handen op haar rug
vastgebonden waren, en/of meermalen, althans eenmaal, met een stroomstootstok
en/of stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder stroom, te slaan op haar
ontblote borsten en/of haar via haar ontblote borsten, althans haar lichaam,
elektrische stoten toe te dienen, waardoor zij (telkens) het bewustzijn verloor, en/of
meermalen, althans eenmaal, met een stok, althans een hard voorwerp, te slaan
tegen haar zij, althans haar lichaam, en/of meermalen, althans eenmaal, een
stroomstootstok en/of stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder
stroom, tegen haar vagina aan te houden en/of, terwijl dit voorwerp haar vagina
aanraakte, een elektrische stoot toe te dienen, en/of meermalen, althans eenmaal,
aan haar schaamhaar te trekken en/of haar schaamhaar los te trekken, en/of
meermalen, althans eenmaal, met een of meerdere vingers haar vagina binnen te
dringen en/of (daarbij) te zeggen “ja, hier ben jij geneukt, hé? Is dit wel fijn voor je
of moet het nog dieper gaan?”, en/of woorden van gelijke strekking, en/of
meermalen, althans eenmaal, (een) andere handeling(en) te plegen die opzettelijk
ernstige pijn of ernstig lijden veroorzaakte(n),
terwijl deze marteling(en) onderdeel was/waren van een wijdverbreide en/of
stelselmatige aanval gericht tegen een burgerbevolking,
terwijl hij, verdachte, wist dat deze gedragingen onderdeel waren van een
wijdverspreide en/of stelselmatige aanval uitgevoerd door de Syrische overheid
tegen de Syrische burgerbevolking.
3
hij, in of omstreeks de periode van 1 januari 2013 tot en met 31 december 2013 te
Salamiyah, althans in Syrië, meermalen, althans eenmaal,
tezamen en in vereniging met een of meer anderen, althans alleen,
een of meerdere personen heeft onderworpen aan enige vorm van seksueel geweld,
welk vorm(en) van seksueel geweld hierin bestond(en) dat verdachte en/of zijn
mededader(s) een daad van seksuele aard pleegde(n) met geweld en/of door
dreiging met geweld en/of dwang veroorzaakt door angst voor geweld en/of dwang
en/of detentie en/of psychologische onderdrukking en/of machtsmisbruik tegen
deze persoon, en/of door misbruik te maken van een dwingende omgeving en/of
door misbruik te maken van het onvermogen van deze persoon om echte
instemming te geven,
terwijl deze gedrag(ingen) van een vergelijkbare ernst was/waren als de andere
schendingen van artikel 4 lid 1 sub g,
en/of
een persoon (meermalen) heeft verkracht, welke verkrachting(en) hierin
bestond(en) dat verdachte en/of zijn mededader(s) het lichaam van deze persoon
is/zijn binnengedrongen door een of meerdere handelingen die resulteerde(n) in de
penetratie van het geslachtsorgaan van deze persoon met enig lichaamsdeel en/of
voorwerp, terwijl dit binnendringen werd gepleegd met geweld en/of door dreiging
met geweld en/of dwang veroorzaakt door angst voor geweld en/of dwang en/of
detentie en/of psychologische onderdrukking en/of machtsmisbruik tegen deze
persoon, en/of door misbruik te maken van een dwingende omgeving en/of het
binnendringen werd gepleegd terwijl deze persoon niet in staat was tot echte
instemming,
door
- [slachtoffer 2] in of omstreeks de periode van 20 oktober 2013 tot en met 24
oktober 2013 meermalen, althans eenmaal, tegen zijn geslachtsdelen te slaan en/of
te zeggen “om nageslacht te voorkomen”, althans woorden van gelijke strekking,
en/of meermalen, althans eenmaal, (een) andere vorm(en) van seksueel geweld te
plegen;
en/of
- slachtoffer GT296993, in 2013, meermalen, althans eenmaal, met de (blote)
hand(en) te slaan op haar borsten, en/of meermalen, althans eenmaal, haar blouse,
althans haar bovenkledingstuk, omlaag en/of uit te trekken en/of tegen haar
ontblote borsten te slaan en/of haar ontblote borsten te pakken en/of aan haar
ontblote borsten te trekken en/of aan haar ontblote tepels te trekken, terwijl haar
handen op haar rug vastgebonden waren, en/of meermalen, althans eenmaal, met
een stroomstootstok en/of stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder
stroom, te slaan op haar ontblote borsten en/of haar via haar ontblote borsten,
althans haar lichaam, elektrische stoten toe te dienen, waardoor zij (telkens) het
bewustzijn verloor, en/of meermalen, althans eenmaal, een stroomstootstok en/of
stroomstootwapen, althans een hard voorwerp onder stroom, tegen haar vagina aan
te houden en/of, terwijl dit voorwerp haar vagina aanraakte, een elektrische stoot
toe te dienen, en/of meermalen, althans eenmaal, aan haar schaamhaar te trekken
en/of haar schaamhaar los te trekken, en/of meermalen, althans eenmaal, met een
of meerdere vingers haar vagina binnen te dringen en/of (daarbij) te zeggen “ja, hier
ben jij geneukt, hé? Is dit wel fijn voor je of moet het nog dieper gaan?”, en/of
woorden van gelijke strekking, en/of meermalen, althans eenmaal, (een) andere
vorm(en) van seksueel geweld en/of verkrachting(en) te plegen;
terwijl dit seksueel geweld en/of deze verkrachting(en) onderdeel was/waren van
een wijdverbreide en/of stelselmatige aanval gericht tegen een burgerbevolking,
terwijl hij, verdachte, wist dat deze gedragingen onderdeel waren van een
wijdverspreide en/of stelselmatige aanval uitgevoerd door de Syrische overheid
tegen de Syrische burgerbevolking.

3.De beoordeling van het preliminaire verweer

3.1.
Het standpunt van de verdediging
De verdediging heeft zich in de aan dit vonnis gehechte pleitaantekeningen op het standpunt gesteld dat de officieren van justitie bij de verdachte het gerechtvaardigde vertrouwen hebben gewekt dat hij niet verder zou worden vervolgd voor de feiten die zien op slachtoffer GT296993, zoals deze in de voorlopige dagvaarding (steeds cumulatief/alternatief) zijn opgenomen onder 1, 2 en 3.
De recente beslissing van de officieren van justitie om die feiten toch op te zullen nemen in de definitieve tenlastelegging, schendt volgens het standpunt van de verdediging het vertrouwensbeginsel.
3.2.
Het standpunt van de officieren van justitie
De officieren van justitie hebben zich op het standpunt gesteld dat de verdachte er niet gerechtvaardigd op heeft mogen vertrouwen dat hij niet verder zou worden vervolgd voor de genoemde feiten en dat hij dus niet in zijn belangen wordt geschaad door de gewijzigde vervolgingsbeslissing. Daarbij vinden zij kort gezegd het volgende van belang.
( i) slachtoffer GT296993 heeft na de val van het regime in Syrië in december 2024
laten weten bij deze gewijzigde stand van zaken alsnog op naam te willen verklaren;
( ii) voor hun schriftelijke mededeling d.d. 5 november 2024 dat de verdenkingen die
zien op slachtoffer GT296993 geen deel zouden uitmaken van de definitieve tenlastelegging, waren slechts veiligheidsaspecten en geen inhoudelijke afwegingen redengevend. Die veiligheidsaspecten spelen nu geen rol meer. Dit zijn nieuwe feiten en omstandigheden die alsnog reden geven tot vervolging;
( iii) aan de verdachte is naast de genoemde schriftelijke mededeling d.d. 5 november
2024 niet ook een op de verdenkingen jegens slachtoffer GT296993 betrekking hebbende sepotbeslissing of kennisgeving van niet verdere vervolging verzonden.
3.3.
Het oordeel van de rechtbank
De rechtbank stelt voorop dat een bij een verdachte op grond van een mededeling van het openbaar ministerie opgewekt vertrouwen dat hij in een bepaalde zaak niet verder zal worden vervolgd, alleen dan zal kunnen leiden tot niet-ontvankelijkverklaring van het openbaar ministerie in de vervolging indien dat vertrouwen in de gegeven omstandigheden gerechtvaardigd is (o.m. HR 6 oktober 2015, ECLI:NL:HR:2015:2982).
De rechtbank stelt vast dat de twee zaaksofficieren van justitie op 5 november 2024 een e-mailbericht hebben gestuurd aan de rechter-commissaris en in afschrift (cc) gestuurd aan de verdediging. Datzelfde bericht is later die dag ook aan de rechtbank verzonden.
Daarin stond onder meer het volgende:
“Bij mail van 29 juli 2024 hebben wij aangegeven mogelijk de verdenking die ziet op slachtoffer/ getuige GT296993 te moeten laten vallen.
Inmiddels kunnen wij daarover duidelijkheid geven. De verdenkingen die zien op slachtoffer/getuige GT296993 zullen geen deel uitmaken van de definitieve tenlastelegging.”
De rechtbank stelt vast dat dat de officieren van justitie in hun mededeling geen enkel voorbehoud hebben gemaakt ten aanzien van deze (vervolgings)beslissing. Er is sprake van glasheldere taal, volgend op maandenlange onzekerheid over (het al dan niet voortzetten van) de vervolging voor deze feiten.
De rechtbank overweegt verder dat de ontvangst en de inhoud van voornoemd e-mailbericht op de pro-formazitting van 2 december 2024 is besproken. De voorzitter heeft op die zitting medegedeeld dat uit de e-mail volgt dat de verdenkingen met betrekking tot slachtoffer GT296993 niet op de definitieve tenlastelegging zullen komen. De officieren van justitie hebben geen opmerkingen gemaakt over deze mededeling. Evenmin hebben zij daarbij alsnog voorbehouden gemaakt.
De officieren van justitie hebben echter daarna bij e-mailbericht d.d. 28 januari 2025 aan de rechtercommissaris, de verdediging en later die dag bij separate e-mail aan de rechtbank laten weten dat op de definitieve tenlastelegging
tochde verdenkingen met betrekking tot slachtoffer GT296993 zullen worden opgenomen. Op 14 februari 2025 hebben zij een concept van die definitieve tenlastelegging verspreid, waarop die verdenkingen inderdaad zijn vermeld. Zij hebben ter terechtzitting desgevraagd meegedeeld dat zij op de pro-formazitting volgend op die van 17 februari 2025 zullen vorderen dat de tenlastelegging volgens dat concept zal worden aangepast.
De rechtbank acht een dergelijke gang van zaken in strijd met de beginselen van een behoorlijke procesorde. Zij is gelet op het voorgaande van oordeel dat de verdachte er na de schriftelijke en ondubbelzinnige mededeling d.d. 5 november 2024 gerechtvaardigd op mocht vertrouwen dat hij niet verder zou worden vervolgd voor de verdenkingen met betrekking tot slachtoffer GT296993. Dit vertrouwen werd op de pro-formazitting van
2 december 2024 bovendien nog eens bevestigd. De feiten en omstandigheden die de officieren van justitie ter terechtzitting hebben genoemd ter verdediging van de gewijzigde vervolgingsbeslissing, leiden de rechtbank niet tot een ander oordeel.
Gelet op het voorgaande, is de rechtbank van oordeel dat het openbaar ministerie niet-ontvankelijk behoort te worden verklaard in de vervolging van de verdachte, voor zover betrekking hebbend op de feiten die zien op slachtoffer GT296993, zoals opgenomen in de voorlopige dagvaarding (steeds cumulatief/alternatief) onder 1, 2 en 3.
Beslissing
De rechtbank:
verklaart het openbaar ministerie niet-ontvankelijk in de vervolging van de verdachte ter zake van de feiten die zien op slachtoffer GT296993, zoals opgenomen in de voorlopige dagvaarding (steeds cumulatief/alternatief) onder 1, 2 en 3.
Bijlage
1. Pleitaantekeningen verdediging
Dit vonnis is gewezen door
mr. W.R. van Hattum, voorzitter,
mr. J. Snoeijer, rechter,
mr. N.F.R. de Rooij, rechter,
In tegenwoordigheid van mr. A. Copier, griffier,
en uitgesproken ter openbare terechtzitting van deze rechtbank van 17 februari 2025.