In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Zwolle, wordt de geldigheid van een ingebrekestelling per fax beoordeeld in het kader van een bestuursrechtelijke procedure. Eiser, vertegenwoordigd door mr. J. Eliya, heeft een beroep ingesteld tegen de Minister van Asiel en Migratie, vertegenwoordigd door L. el Razouki, omdat de minister niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag om een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) voor zijn vrouw en kinderen. De rechtbank oordeelt dat de ingebrekestelling, die per fax is verzonden, rechtsgeldig is, ondanks het standpunt van de minister dat deze niet geldig is indien deze per e-mail of ander digitaal kanaal is ingediend. De rechtbank stelt vast dat de minister de mogelijkheid om per fax een ingebrekestelling in te dienen, duidelijk heeft gemaakt op zijn website en in het formulier van de IND. De rechtbank concludeert dat eiser de minister rechtsgeldig in gebreke heeft gesteld en dat de minister niet binnen de gestelde termijn heeft beslist. Hierdoor is het beroep gegrond verklaard. De rechtbank legt de minister een dwangsom op van € 100,- per dag voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 15.000,-. Tevens wordt de minister opgedragen om binnen acht weken na verzending van deze uitspraak een besluit bekend te maken over de aanvraag van eiser.