2.3.Svea en [bedrijfsnaam 1] hebben met ingang van 7 februari 2020 een overeenkomst tot koop en levering van handelsvorderingen (hierna: de Overeenkomst) gesloten. De Overeenkomst bepaalt, voor zover van belang, het volgende:
artikel 6 — Voorwaarden gesteld aan de over te dragen Vorderingen
(…)
3. Met de verkoop en levering (cessie) staat Verkoper jegens Svea in voor het navolgende en garandeert Verkoper aan Svea:
(a) dat Verkoper volledig bevoegd is de Vordering in eigendom aan Svea over te dragen en dat er dus geen sprake is van een cessie- en/of verpandingsverbod tussen Verkoper en Afnemer;
(…)
(e) dat de Vordering betrekking heeft op een transactie die rechtsgeldig tot stand is gekomen en dat er geen belemmering bestaat tot verkoop en levering (cessie) van de Vordering op Afnemer aan Svea;
(…)
(h) dat Afnemer tegenover Verkoper geen aanspraak kan maken op enig compensatierecht dan wel dat geen verrekenbare tegenvordering bestaat noch dat Afnemer op enigerlei wijze
vorderingen op Verkoper verrekent met (een) aan Svea overgedragen Vordering(en);
(…)
(k) dat er geen dispuut bestaat ten aanzien van de schuldverhouding en dat Verkoper niets bekend is van enige omstandigheid die een dispuut zou kunnen veroorzaken, noch dat de Vordering anderszins door Afnemer wordt betwist; (…)
artikel 12 — Terugbetaling en schadeplichtigheid Verkoper
- 1. Svea heeft het recht de betreffende Vordering aan Verkoper terug te verkopen (retrocederen):
(a) wanneer Afnemer, binnen redelijke termijn na ontvangst van een factuur. klaagt over de geleverde zaken en/of verleende diensten of anderszins, ter beoordeling van Svea. terecht
bezwaar maakt tegen betaling van de Vordering;
(b) wanneer Verkoper een van de garantievoorwaarden genoemd in artikel 6 lid 3 schendt dan wel niet (behoorlijk) nakomt, zulks ter beoordeling van Svea;
(c) wanneer sprake is van schending en/of niet (behoorlijke) nakoming door Verkoper van een verplichting als omschreven in artikel 7.
- 2. Het recht tot terugverkoop (retrocessie) van Svea bestaat ook in de gevallen als bedoeld in artikel 8 lid 3 en artikel 10 lid 2.
- 3. Verkoper is verplicht de terugverkoop (retrocessie) als bedoeld in artikel 12 leden 1 en 2 te aanvaarden en is verplicht om binnen twee (2) dagen na het verzoek daartoe het betreffende volledige factuurbedrag (inclusief de op de factuur gespecificeerde omzetbelasting) aan Svea te betalen. (…)
- 1. Indien Verkoper niet binnen zeven (7) dagen na de sommatie daartoe aan enige (betalings-) verplichting als omschreven in artikel 3 leden 4 en 5, artikel 5 lid 2, artikel 9 lid 1 sub a of artikel 3.2 lid 3 heeft voldaan, is Verkoper zonder nadere ingebrekestelling — na het verstrijken van de bedoelde termijn — een direct opeisbare en niet voor matiging vatbare boete aan Svea verschuldigd van twee maal het bedrag waarop de betreffende verplichting betrekking heeft.
Verder is tussen Svea en [naam 1] op dezelfde dag een overeenkomst tot borgstelling tot stand gekomen. De overeenkomst tot borgstelling luidt, voor zover relevant, als volgt:
verklaart/verklaren kennis genomen te hebben van de Overeenkomst tot koop en levering van handelsvorderingen tussen Svea en Verkoper [bedrijfsnaam 1] BV. van 7 februari 2020 (hierna: de Overeenkomst”), die een onlosmakelijk onderdeel vormt van deze borgstelling; (…)
verklaart/verklaren zich jegens Svea als borg en hoofdelijk medeschuldenaar voor Verkoper te verbinden, tot zekerheid voor de juiste nakoming door Verkoper van de Overeenkomst en betaling van al hetgeen Svea van Verkoper te vorderen heeft en/of zal krijgen uit hoofde van de Overeenkomst - daaronder ook te verstaan eventuele boetes en/of schade - door:
- iedere vorm van bedrog, oplichting en/of valsheid in geschrifte, dan wel iedere poging daartoe gepleegd door Verkoper;
- het ontbreken van de cessietekst op de facturen van Verkoper als bedoeld in artikel 5, voor zover Afnemer uit dien hoofde niet tot betaling aan Svea overgaat,
- het niet nakomen van de garantieverplichtingen als bedoeld in artikel 6 lid 3 van de Overeenkomst. voor zover Afnemer uit dien hoofde niet tot betaling aan Svea overgaat;
- het niet nakomen van de verplichting als bedoeld in artikel 6 lid 2 (terugbetaling na vernietig koopovereenkomst), artikel 8 lid 3 (terugbetaling creditfactuur), artikel 10 (doorbetaling rechtstreekse betaling) en artikel 13 [sic] lid 3 (terugbetaling door retrocessie).
De bepalingen over rente en kosten als bedoeld in artikel 12 leden 7 en 8 en artikel 16 lid 5 van de Overeenkomst en het boetebeding als bedoeld in artikel 13 van de Overeenkomst zijn ook op deze borgstelling van toepassing.”