1.1.Het verloop van de procedure blijkt uit:
- de dagvaarding van 14 februari 2023 tegen TOP Logistics en de dagvaarding van 6 juni 2023 tegen Claymont;
- het herstelexploot van 31 augustus 2023 tegen TOP Logistics;
- de akte overlegging producties EP01 t/m EP32 van Bacardi van 13 september 2023;
- de rolbeslissing van 13 september 2023 waarbij tegen TOP Logistics verstek is verleend;
- de rolbeslissing van 20 september 2023 waarin is bepaald dat de rechtbank geen verstek verleent tegen Claymont en waarin de zaak is verwezen naar de rol voor het overleggen van betekeningsstukken door Bacardi;
- de zuivering van het verstek door TOP Logistics op 4 oktober 2023 waarbij mr. Tsoutsanis voornoemd zich voor TOP Logistics heeft gesteld;
- de stelbrief van 11 oktober 2023 waarbij mr. Hamberg voornoemd zich voor Claymont heeft gesteld;
- de conclusie van antwoord van TOP Logistics van 15 november 2023 met producties GP01 t/m GP03;
- de incidentele conclusie tot oproeping in vrijwaring van Claymont van 22 november 2023 met producties GP01 t/m GP03;
- de conclusie van antwoord in het incident tot oproeping in vrijwaring van Bacardi van
6 december 2023;
- het vonnis in incident van 10 juli 2024;
- het B4-formulier van Claymont van 30 oktober 2024 waarin zij verzoekt om uitstel voor het nemen van een conclusie van antwoord, de reactie daarop van Bacardi van
1 november 2024 en de e-mail van de rechtbank van 5 november 2024 waarin wordt medegedeeld dat het verzochte uitstel niet wordt verleend;
- de rolbeslissing van 30 oktober 2024 waarbij aan Claymont een akte niet-dienen is verleend;
- het vonnis van 4 december 2024 waarin een mondelinge behandeling is bepaald op
17 februari 2025;
- de akte aanvulling grondslag en wijziging van eis alsmede overlegging aanvullende producties EP33 t/m EP63 van Bacardi van 7 februari 2025;
- de stelbrief van 10 februari 2025 waarbij mr. Reinders Folmer voornoemd zich voor Claymont heeft gesteld;
- de e-mails van 9, 10 en 11 februari 2025 waarin mr. Hofhuis voornoemd namens Claymont verzoekt om aanhouding van de mondelinge behandeling om zich te kunnen voorbereiden op de zitting en om producties in te dienen, althans om ten minste tijdens de mondelinge behandeling de gelegenheid te krijgen om toe te lichten waarom de rechtbank terug moet komen op de verleende akte niet-dienen;
- de reacties van Bacardi en TOP Logistics op die verzoeken;
- de e-mail van de rechtbank van 11 februari 2025 waarin 1) het aanhoudingsverzoek wordt afgewezen, 2) het verzoek om terug te komen van het verlenen van de akte niet-dienen wordt afgewezen en 3) het verzoek om spreektijd en het indienen van processtukken wordt afgewezen;
- de e-mail van 12 februari 2025 waarin mr. Hofhuis namens Claymont de rechtbank verzoekt om terug te komen op de beslissingen onder 2) en 3) en om in ieder geval tijdens de mondelinge behandeling het verzoek om terug te komen van het verlenen van de akte niet-dienen te kunnen doen en toe te lichten;
- de e-mail van de rechtbank van 13 februari 2025 dat zij bij nadere lezing begrijpt dat de
e-mail van Claymont nog niet het daadwerkelijke verzoek behelsde en dat Claymont alsnog de gelegenheid krijgt om op de zitting het verzoek te doen en toe te lichten;
- het B16-formulier van Bacardi van 11 februari 2025 waarin zij mede namens TOP Logistics bericht dat zij vordering B tegen TOP Logistics intrekt, dat TOP Logistics zich niet verzet tegen vordering F en dat partijen over en weer hun vordering ten aanzien van de proceskosten intrekken; en
- de akte vermindering van eis van Bacardi van 14 februari 2025.