Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.De procedure
- de dagvaarding van 31 augustus 2023 met producties 1 tot en met 12;
- de op 26 september 2023 namens [eiser] bij de griffie van deze rechtbank in depot gegeven USB-stick met een videobestand;
- de conclusie van antwoord van 20 december 2023 met producties 1 tot en met 3;
- het tussenvonnis van 1 mei 2024 waarbij een mondelinge behandeling is bevolen.
2.De feiten
Nog goed uitzoeken
Tegen de afspraken in’
3.Het geschil
4.De beoordeling
kennelijkheeft geschonden. Bij de beoordeling of sprake is van een dergelijke schending dient de rechter rekening te houden met alle aspecten die de hem voorgelegde situatie kenmerken, waaronder de mate van duidelijkheid en nauwkeurigheid van de regel en de omvang van de beoordelingsmarge die de regel aan de nationale autoriteiten laat [2] .
close up-opnamen van opsporingsbeambten (“Geen foto’s waar mensen op staan”) en niet om [eiser] te beletten anderszins een (beeld)verslag van de doorzoeking vanaf de openbare weg te maken. Met andere woorden, het ligt zonder meer in de rede dat als [eiser] aan het bevel zou hebben voldaan en zich verder van de beambten zou hebben verwijderd, hij ongehinderd zijn journalistieke (opname)werk zou hebben kunnen voortzetten.
close-up-opnamen van opsporingsbeambten in burger wordt gerechtvaardigd door hun privacy-rechten. De inbeslagname van de beelden en het wissen ervan moeten worden bezien in het licht van de noodzaak het bevel te effectueren om verdere (strafbare) schending van het bevel te voorkomen en de gevolgen van die schending ervan ongedaan te maken. Van belang is dat de status van journalist niet met zich brengt dat een bevoegd gegeven bevel kan worden genegeerd.
close up-opnamen van de opsporingsbeambten diende te stoppen en niet dat geen beeldverslag vanaf de openbare weg mocht worden gemaakt. Het bevel was dus niet disproportioneel en de effectuering daarvan na schending ervan evenmin. Er is onvoldoende reden om van een door [eiser] naar voren gebracht
chilling effectte spreken.