Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft eiser op 28 oktober 2024 beroep ingesteld tegen het niet-tijdig beslissen op zijn asielaanvraag, die op 19 maart 2024 was ingediend. De rechtbank, zittende in Middelburg, heeft op 10 januari 2025 uitspraak gedaan. De rechtbank oordeelt dat op grond van artikel 6:2 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb) het niet tijdig nemen van een besluit gelijkgesteld wordt met een besluit. Eiser had een asielaanvraag ingediend en de wettelijke beslistermijn van zes maanden zou op 19 september 2024 eindigen. Echter, door de inwerkingtreding van de WBV 2023/26 is deze termijn verlengd met negen maanden, waardoor de beslistermijn pas op 19 juni 2025 eindigt. De rechtbank heeft eerder geoordeeld dat deze verlenging rechtsgeldig is. Aangezien de ingebrekestelling van eiser op 23 september 2024 te vroeg was ingediend, was de beslistermijn op dat moment nog niet verstreken. Hierdoor is het beroep van eiser tegen het uitblijven van een besluit op zijn asielaanvraag kennelijk niet-ontvankelijk verklaard. De rechtbank heeft geen aanleiding gezien voor een proceskostenveroordeling.