ECLI:NL:RBDHA:2025:2623
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van de ROV-maatregel opgelegd aan asielzoeker wegens filmen van medebewoner zonder toestemming
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, enkelvoudige kamer, wordt het beroep van eiser tegen een maatregel van het Centraal Orgaan opvang asielzoekers (COa) beoordeeld. Eiser, een asielzoeker, had op 29 mei 2024 een medebewoner zonder toestemming gefilmd, wat leidde tot de oplegging van een ROV-maatregel 1. Deze maatregel houdt in dat de wekelijkse vergoeding van €14,47 wordt ingehouden. Eiser was het niet eens met deze maatregel en stelde dat het verbod op het maken van opnames discriminerend was en zijn recht op zelfverdediging aantastte. De rechtbank heeft het beroep op 23 december 2024 behandeld, waarbij zowel eiser als de gemachtigde van het COa aanwezig waren.
De rechtbank oordeelt dat het COa terecht de maatregel heeft opgelegd. De rechtbank wijst erop dat de huisregels van het COa het maken van opnames zonder toestemming verbieden, en dat deze regels zijn opgesteld ter bescherming van de privacy van bewoners. Eiser heeft niet betwist dat hij zonder toestemming heeft gefilmd, maar stelde dat hij dit deed om bewijs te verzamelen van geluidsoverlast door een medebewoner. De rechtbank concludeert dat de gedraging van eiser, hoewel hij een reden aanvoert, niet rechtvaardigt dat hij de huisregels overtreedt. De rechtbank benadrukt dat de privacy van bewoners in een opvanglocatie van groot belang is en dat eiser zich had moeten richten tot het COa voor hulp.
Daarnaast heeft eiser een beroep gedaan op een arrest van de Hoge Raad, maar de rechtbank oordeelt dat dit arrest niet van toepassing is op zijn situatie. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond, wat betekent dat de opgelegde maatregel in stand blijft. De uitspraak is gedaan door mr. G.W.B. Heijmans en is openbaar uitgesproken op 31 januari 2025.