In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, uitspraak gedaan in een beroep van eiseres tegen het niet tijdig nemen van een besluit door de minister van Asiel en Migratie op haar asielaanvraag. Eiseres had eerder al een procedure gevoerd waarin de rechtbank had bepaald dat de minister binnen vier weken een besluit moest nemen, met een dwangsom van € 200,- per dag bij overschrijding van deze termijn. Eiseres heeft nu een derde beroep ingesteld omdat de minister niet tijdig heeft beslist op haar aanvraag van 11 december 2023. De rechtbank heeft geoordeeld dat het beroep ontvankelijk en kennelijk gegrond is. De rechtbank legt de minister een nieuwe beslistermijn van vier weken op, te rekenen vanaf de bekendmaking van deze uitspraak. Indien de minister niet binnen deze termijn beslist, moet hij een dwangsom van € 100,- per dag betalen, met een maximum van € 15.000,-. De rechtbank heeft ook de proceskosten van eiseres vastgesteld op € 453,50. De uitspraak is gedaan door mr. A. Sibma, rechter, in aanwezigheid van K.D.M. Nijholt, griffier, en is openbaar gemaakt op rechtspraak.nl.