Uitspraak
[verzoeker] en
Stichting Jeugdbescherming Brabant,
Stichting Jeugdbescherming west Haaglanden,
[pleegouder 1] en [pleegouder 2] ,
Procedure
Feiten
- Verzoekers hebben beiden de Portugese en de Mozambikaanse nationaliteit.
- Op [geboortedatum 1] 2007 is te [geboorteplaats] , Mozambique, geboren: [de minderjarige 2] (hierna: [de minderjarige 2] ). Op een afschrift van haar geboorteakte, registratienummer [nummer 1] , afgegeven op 3 oktober 2013, vertaald in de Engelse taal, is als haar moeder vermeld: [naam 5] . Op de geboorteakte van [de minderjarige 2] is geen vader vermeld.
- Op [geboortedatum 2] is te [geboorteplaats] , Mozambique, geboren: [de minderjarige 1] (hierna: [de minderjarige 1] ). Op een afschrift van zijn geboorteakte, registratienummer [nummer 2] , afgegeven te [geboorteplaats] op 13 maart 2016, vertaald in de Engelse taal, zijn geen ouders vermeld.
- Op [geboortedatum 3] 2015 te te [geboorteplaats] , Mozambique, geboren [de minderjarige 3] (hierna: [de minderjarige 3] ). Op een afschrift van zijn geboorteakte, registratienummer [nummer 3] , afgegeven te [geboorteplaats] op 13 maart 2016, vertaald in de Engelse taal, zijn geen ouders vermeld.
- [de minderjarige 2] , [de minderjarige 1] en [de minderjarige 3] hebben de Mozambikaanse nationaliteit.
- In de uitspraak (“decree regarding the establishment of the foster family bond of the children”) van het “Juvenile Court of Maputo City, 2nd Section, Republic of Mozambique (hierna: de rechtbank te Maputo, Mozambique) van 28 augustus 2020 is voor zover hier van belang- het volgende overwogen en beslist:
DECISION
- Bij beschikking van 13 oktober 2020 is door de rechtbank te Maputo, Mozambique, aan verzoekers toestemming gegeven om met de drie kinderen Mozambique te verlaten en naar Nederland reizen, zodat de kinderen, nu verzoekers in Nederland woonachtig zijn, in Nederland een opleiding kunnen volgen.
- In oktober 2020 zijn verzoekers met de kinderen in Nederland aangekomen.
- Sinds november 2021 zijn verzoekers niet meer bij elkaar. Zij zijn in juli 2022 gescheiden, waarna de kinderen bij verzoeker zijn blijven wonen, die de kinderen daarna alleen heeft verzorgd en opgevoed.
- Bij beschikking van de rechtbank Oost-Brabant van 18 oktober 2024 is over [de minderjarige 1] een voorlopige voogdijmaatregel uitgesproken en is JBB, locatie Helmond, benoemd tot voogd over [de minderjarige 1]
- Over [de minderjarige 2] en [de minderjarige 3] is bij beschikking van 10 december 2024 van de rechtbank Den Haag een voorlopige voogdijmaatregel uitgesproken, waarbij JBW tot voogd is benoemd over [de minderjarige 2] en [de minderjarige 3] .
- [de minderjarige 1] woont sinds november 2023 niet meer bij verzoeker, hij verblijft nu bij de pleegouders in [plaats 1] .
- [de minderjarige 2] woont sinds september 2024 niet meer bij verzoeker; zij verblijft nu in een gezinshuis in [plaats 2] .
- [de minderjarige 3] verblijft bij verzoeker in [plaats 2] .
- De Raad heeft op 10 januari 2025 verzocht om op grond van artikel 1:241 lid 2 en artikel 1:295 van het Burgerlijk Wetboek (BW) JBW tot voogd over de drie kinderen te benoemen. Dit verzoek is bij de rechtbank Den Haag bekend onder zaaknummer: C/09/678440, FA RK 25-216. Op dat verzoek is nog niet beslist.
Verzoek
Beoordeling
- gezag verkregen door pleegouders via een rechterlijke uitspraak en met toestemming van de biologische ouders en
- voogdij.