Uitspraak
Rechtbank DEN HAAG
1.Het onderzoek ter terechtzitting
2.De tenlastelegging
3.De bewijsbeslissing
“Ik wil zo graag een genocide aanval plegen op en goed drukbezochte moskee. Maar wil dat niet in me eentje doen En niemand wil me joinen.”in een Telegramgroep heeft geplaatst. Daartoe is het navolgende verder redengevend.
“Ik wil zo graag een genocide aanval plegen en goed druk bezochte moskee”en
“Maar niemand wil me joinen”geplaatst voorafgegaan door een filmpje, waarin hij zijn ongenoegen uit over het opzetten van een opleiding tot imam in Nederland. De rechtbank is van oordeel dat de verdachte met deze woorden de leden van de betreffende Telegramgroep heeft opgeroepen om samen met de verdachte een ernstig geweldsmisdrijf, zoals moord, strafbaar gesteld in artikel 289 Sr te plegen, en met de woorden “
genocide”, “
aanval” en “
druk bezochte moskee” het daarbij gemunt had op de moslimgemeenschap met de bedoeling om dit deel van de bevolking ernstige vrees aan te jagen.
"kijk, hij heeft ook nog witte nagellak op zijn tenen. Kankerhomo! Wat een kankerhomo ben jij zeg! bah bah, schaam je je eigen nou niet?"en vervolgens toen een andere passagier zei dat de verdachte normaal moest doen, tegen hem zei:
“Houd je bek dicht joh, door mensen zoals jou worden deze demonen geaccepteerd.”Terwijl de verdachte dit zei, wees hij naar die [naam 1] .
“Houd je bek dicht joh, door mensen zoals jou worden deze demonen geaccepteerd.”voor de groep van homoseksuelen wegens hun homoseksuele gerichtheid beledigend waren gelet op de inhoud van de woorden zelf, én in de context bezien van de eerdere gedane uitlatingen tegenover die [naam 1] en het wijzen naar hem.
Ik trekje baard eraf. Kanker sukkel. Kanker kneus. Kanker Hollander.”
4.De strafbaarheid van het bewezen verklaarde
5.De strafbaarheid van de verdachte
6.De strafoplegging
7.De vordering van de benadeelde partij/de schadevergoedingsmaatregel
8.De toepasselijke wetsartikelen
9. De beslissing
120 (HONDERDTWINTIG) DAGEN;
105 (HONDERDVIJF) DAGEN, niet zal worden tenuitvoergelegd onder de algemene voorwaarde dat de veroordeelde zich voor het einde van de hierbij op
DRIE JARENvastgestelde proeftijd niet schuldig maakt aan een strafbaar feit;
120 (HONDERDTWINTIG) UREN;
60 (ZESTIG) DAGEN;
€ 445,- toe en veroordeelt de verdachte om dit bedrag, vermeerderd met de gevorderde wettelijke rente daarover vanaf 29 augustus 2024 tot de dag waarop deze vordering is betaald, te betalen aan [naam 1] ;
€ 445,-, vermeerderd met de wettelijke rente daarover vanaf 29 augustus 2024 tot aan de dag dat dit bedrag is betaald
,ten behoeve van [naam 1] ;