In deze uitspraak beoordeelt de rechtbank het beroep van eiser, die stelt dat de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid niet tijdig heeft beslist op zijn aanvraag voor een machtiging tot voorlopig verblijf (mvv) in het kader van nareis. De rechtbank heeft vastgesteld dat de termijn voor het nemen van een besluit door de verweerder is overschreden. Eiser heeft tijdig beroep ingesteld tegen het niet tijdig beslissen, waardoor het beroep gegrond is verklaard. De rechtbank heeft verweerder opgedragen om binnen acht weken na verzending van de uitspraak een besluit te nemen op de aanvraag van eiser. Indien verweerder besluit tot nader onderzoek, moet het besluit binnen twintig weken na verzending van de uitspraak bekend worden gemaakt. Tevens is er een dwangsom van € 100,- per dag opgelegd voor elke dag dat de beslistermijn wordt overschreden, met een maximum van € 7.500,-. Eiser heeft recht op vergoeding van de proceskosten, die zijn vastgesteld op € 437,50, en het door hem betaalde griffierecht van € 187,- moet ook worden vergoed. De uitspraak is gedaan door mr. R.J.A. Schaaf, rechter, en is openbaar gemaakt op 19 juni 2024.