ECLI:NL:RBDHA:2024:9916
Rechtbank Den Haag
- Voorlopige voorziening
- E.E.M. van Abbe
- M.M.A.F.C. Lienaerts
- Rechtspraak.nl
Afwijzing verzoek voorlopige voorziening asielverzoek Marokkaan
In deze zaak heeft de voorzieningenrechter van de Rechtbank Den Haag op 19 juni 2024 uitspraak gedaan in een verzoek om voorlopige voorziening van een Marokkaanse asielzoeker. De verzoeker had op 26 april 2024 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd, maar deze aanvraag werd door de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid buiten behandeling gesteld. Hiertegen heeft de verzoeker beroep ingesteld en tegelijkertijd verzocht om een voorlopige voorziening.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek op 12 juni 2024 behandeld, waarbij de verzoeker werd vertegenwoordigd door zijn gemachtigde, mr. V. Senczuk, en de verweerder door mr. Y. Verheugd. Tijdens de zitting heeft de voorzieningenrechter vastgesteld dat er inmiddels op het beroep was beslist in een andere zaak, zaaknummer NL24.19464, waardoor een voorlopige voorziening niet meer nodig was.
De voorzieningenrechter heeft het verzoek om voorlopige voorziening dan ook afgewezen, met de overweging dat er geen aanleiding was voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt op 19 juni 2024, en tegen deze uitspraak staat geen hoger beroep of verzet open.