ECLI:NL:RBDHA:2024:7692
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep niet-ontvankelijk in asielaanvraag wegens te vroege ingebrekestelling
In deze zaak heeft de rechtbank Den Haag op 29 april 2024 uitspraak gedaan in een beroep dat eiser heeft ingediend tegen de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid. Eiser betwistte dat verweerder tijdig had beslist op zijn aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank heeft vastgesteld dat de ingebrekestelling door eiser te vroeg was ingediend, waardoor het beroep niet-ontvankelijk is verklaard. De rechtbank heeft geen zitting gehouden, omdat partijen daarmee instemden. De rechtbank heeft overwogen dat, volgens de Algemene wet bestuursrecht, een betrokkene schriftelijk aan het bestuursorgaan moet laten weten dat er binnen twee weken alsnog moet worden beslist op de aanvraag. Indien er na deze termijn geen besluit is genomen, kan de betrokkene beroep instellen. In dit geval was de beslistermijn voor de asielaanvraag van eiser verlengd door WBV 2023/3, waardoor de ingebrekestelling van 7 februari 2024 niet aan de voorwaarden voldeed. De rechtbank heeft verweerder in het gelijk gesteld en het beroep niet-ontvankelijk verklaard. De uitspraak is openbaar gemaakt op dezelfde datum.