Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[Naam], eiser,
de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, verweerder,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 17 januari 2024 uitspraak gedaan in een vervolgberoep tegen de maatregel van bewaring van eiser, die de Marokkaanse nationaliteit heeft. Eiser is sinds 2017 in vreemdelingenbewaring en heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel, waarbij hij ook schadevergoeding heeft verzocht. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring op 20 november 2023 is opgelegd en dat deze nog voortduurt. Eiser betoogt dat er geen redelijk zicht op uitzetting naar Marokko is en dat verweerder onvoldoende voortvarend handelt in zijn zaak. De rechtbank heeft het onderzoek ter zitting gesloten op 10 januari 2024.
De rechtbank overweegt dat de maatregel van bewaring rechtmatig is, mits de toepassing ervan niet in strijd is met de Vreemdelingenwet en de belangen van eiser en verweerder in redelijkheid zijn afgewogen. Eiser heeft aangevoerd dat hij al lange tijd in bewaring is en dat zijn aanvraag voor een laissez-passer (LP) nog niet is afgehandeld. De rechtbank oordeelt dat er geen aanknopingspunten zijn om te concluderen dat het zicht op uitzetting ontbreekt. Verweerder heeft voldoende voortvarend gehandeld door regelmatig contact te onderhouden met de Marokkaanse autoriteiten en het dossier van eiser tijdig in te dienen.
De rechtbank concludeert dat er geen feiten of omstandigheden zijn die aanleiding geven om de maatregel van bewaring op te heffen. Het beroep van eiser wordt ongegrond verklaard en het verzoek om schadevergoeding wordt afgewezen. De uitspraak is openbaar gemaakt en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.