ECLI:NL:RBDHA:2024:3958
Rechtbank Den Haag
- Wraking
- Rechtspraak.nl
Afwijzing wrakingsverzoek tegen rechter in bestuursrechtelijke zaken
Op 19 maart 2024 heeft de meervoudige wrakingskamer van de Rechtbank Den Haag een wrakingsverzoek afgewezen. Het verzoek was ingediend door een verzoekster, vertegenwoordigd door een gemachtigde, tegen mr. J.J. Arts, de rechter in een aantal bestuursrechtelijke zaken. De verzoekster stelde dat de rechter vooringenomen was, omdat zij in eerdere zaken ongunstige uitspraken had gedaan voor de klanten van de gemachtigde. De wrakingskamer oordeelde echter dat de beslissing van de rechter om een zitting niet te verplaatsen een procedurele beslissing is en geen grond voor wraking kan vormen. Bovendien was de stelling dat de rechter in eerdere zaken ongunstig had geoordeeld onvoldoende geconcretiseerd om te kunnen spreken van vooringenomenheid. De wrakingskamer benadrukte dat een rechter wordt vermoed onpartijdig te zijn en dat er bijzondere omstandigheden nodig zijn om dit vermoeden te weerleggen. De beslissing om het wrakingsverzoek af te wijzen werd in het openbaar uitgesproken, en er staat geen rechtsmiddel open tegen deze beslissing.