ECLI:NL:RBDHA:2024:389
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van handhaving tegen een paardenhouderij en caravanstalling in strijd met bestemmingsplan
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 18 januari 2024, met zaaknummer SGR 21/7216, wordt het beroep van eisers tegen de last onder dwangsom beoordeeld. Eisers, eigenaren van een perceel in Noordwijkerhout, hebben bezwaar gemaakt tegen een besluit van het college van burgemeester en wethouders van Noordwijk, dat hen opdroeg om geconstateerde overtredingen van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) ongedaan te maken. De rechtbank behandelt het beroep van eisers, dat voortvloeit uit het uitblijven van een tijdige beslissing op hun bezwaar, en de last onder dwangsom die hen is opgelegd wegens het gebruik van hun perceel in strijd met het bestemmingsplan.
De rechtbank constateert dat de last onder dwangsom is opgelegd vanwege het gebruik van het perceel voor een paardenhouderij en caravanstalling, terwijl het perceel de bestemming 'Agrarisch - Bollenteelt - Bollenzone 1' heeft. De rechtbank oordeelt dat de eisers niet tijdig op hun bezwaar zijn beslist, maar dat het procesbelang inmiddels is komen te vervallen omdat verweerder alsnog op het bezwaar heeft beslist. De rechtbank verklaart het beroep in zoverre niet-ontvankelijk.
Vervolgens beoordeelt de rechtbank of de last onder dwangsom terecht is opgelegd. De rechtbank komt tot de conclusie dat de last onder dwangsom niet ziet op bouwwerk nummer 1, de bollenschuur, en dat verweerder in het bestreden besluit heeft vastgesteld dat de last onder dwangsom voor bouwwerk nummer 3 niet gehandhaafd hoeft te worden. De rechtbank herroept de last onder dwangsom voor de caravan, omdat deze ten onrechte tweemaal is opgelegd. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit voor zover het betreft de last onder dwangsom en bepaalt dat de eisers recht hebben op vergoeding van griffierecht en proceskosten.