Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
[eiseres] , eiseres V-nummer: [V-nummmer]
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Beslissing
- verklaart het beroep ongegrond;
- wijst het verzoek om schadevergoeding af.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 24 januari 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de vreemdelingenbewaring van eiseres, een Nigeriaanse vrouw die in vreemdelingenbewaring was gesteld op 3 januari 2024. Eiseres was het niet eens met de maatregel van bewaring en heeft beroep ingesteld, dat ook als verzoek om schadevergoeding werd aangemerkt. De maatregel van bewaring werd op 8 januari 2024 opgeheven, maar de rechtbank moest beoordelen of de bewaring voorafgaand aan de opheffing rechtmatig was.
De rechtbank heeft vastgesteld dat eiseres de gronden voor de bewaring niet heeft betwist. Verweerder, de Staatssecretaris van Justitie en Veiligheid, had de maatregel van bewaring gemotiveerd op basis van een risico dat eiseres zich aan het toezicht zou onttrekken en een concreet aanknopingspunt voor overdracht op basis van de Dublinverordening. Eiseres voerde aan dat verweerder onvoldoende rekening had gehouden met haar zwangerschap, maar de rechtbank oordeelde dat verweerder zijn onderzoeksplicht had nageleefd en voldoende had gemotiveerd dat een lichter middel niet mogelijk was.
De rechtbank concludeerde dat de maatregel van bewaring niet onrechtmatig was en dat het beroep ongegrond was. Het verzoek om schadevergoeding werd afgewezen, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak werd gedaan door mr. S.G.M. van Veen, rechter, in aanwezigheid van mr. S.J. Valk, griffier, en werd openbaar gemaakt op 24 januari 2024.