ECLI:NL:RBDHA:2024:19673
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Uitsluiting van studenten van de energietoeslag in strijd met het gelijkheidsbeginsel
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 26 november 2024, in de zaak SGR 23/707, wordt het beroep van eiseres tegen de afwijzing van haar aanvraag om eenmalige energietoeslag voor het jaar 2022 behandeld. Eiseres, een studente, had op 13 juni 2022 een aanvraag ingediend, die door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag op 10 augustus 2022 werd afgewezen. Het college stelde dat studiefinanciering een voorliggende voorziening is en dat eiseres daarom niet in aanmerking komt voor de energietoeslag. Eiseres betwistte deze afwijzing en stelde dat het college studenten ten onrechte uitsluit van de energietoeslag, wat in strijd zou zijn met het gelijkheidsbeginsel.
De rechtbank oordeelt dat het college ten onrechte heeft gesteld dat studiefinanciering een voorliggende voorziening is. De rechtbank concludeert dat het uitsluiten van studenten van de energietoeslag niet voldoet aan de eisen van doelmatigheid en proportionaliteit. Het college heeft onvoldoende onderbouwd dat het maken van een onderscheid tussen studenten en andere minima gerechtvaardigd is. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt het college op om een nieuw besluit te nemen, waarbij het college het griffierecht en de proceskosten aan eiseres moet vergoeden. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor het college om de beginselen van behoorlijk bestuur en de grondrechten, zoals het gelijkheidsbeginsel, in acht te nemen bij het toekennen van bijzondere bijstand.