Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser] , eiser, V-nummer: [V-nummer] ,
Procesverloop
Beoordeling door de rechtbank
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 november 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Nigerese nationaliteit, had op 26 januari 2024 asiel aangevraagd in Nederland. De minister van Asiel en Migratie heeft echter de asielaanvraag niet in behandeling genomen, omdat Frankrijk verantwoordelijk is voor de behandeling van de aanvraag. Dit besluit is genomen op basis van de Dublinverordening, die bepaalt dat de verantwoordelijkheid voor asielaanvragen bij de lidstaat ligt waar de asielzoeker voor het eerst is geregistreerd. In dit geval had eiser een visum dat geldig was van 4 augustus 2023 tot 3 september 2023, en op 11 juni 2024 hebben de Franse autoriteiten het verzoek om overname aanvaard.
Eiser heeft tegen het besluit beroep ingesteld, waarbij hij aanvoert dat het verzoek tot terugname niet tijdig is ingediend en dat er bijzondere, individuele omstandigheden zijn die maken dat hij niet naar Frankrijk kan worden teruggestuurd. De rechtbank heeft de zaak op 21 november 2024 behandeld, waarbij eiser werd bijgestaan door een vervangende gemachtigde. De rechtbank oordeelt dat eiser niet aannemelijk heeft gemaakt dat er sprake is van bijzondere omstandigheden die de overdracht aan Frankrijk onredelijk maken. De rechtbank bevestigt dat verweerder mag uitgaan van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, en dat eiser geen asielaanvraag in Frankrijk heeft ingediend, wat zijn positie verzwakt. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt dat de asielaanvraag van eiser terecht niet in behandeling is genomen.