ECLI:NL:RBDHA:2024:18981
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Uitzetting naar Tunesië en voortduren van de maatregel van bewaring
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 18 november 2024 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de voortduren van de maatregel van bewaring van eiser, een Tunesische nationaliteit hebbende persoon. Eiser had op 19 september 2024 een maatregel van bewaring opgelegd gekregen op grond van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft beroep ingesteld tegen het voortduren van deze maatregel, waarbij hij aanvoert dat verweerder onvoldoende voortvarend heeft gehandeld en dat er geen zicht op uitzetting naar Tunesië is. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring eerder rechtmatig was en dat de beoordeling van het voortduren van de maatregel enkel betrekking heeft op de periode na 2 oktober 2024. Eiser heeft aangevoerd dat verweerder onterecht contact heeft opgenomen met de Tunesische autoriteiten na zijn asielaanvraag op 12 oktober 2024 en dat de maatregel van bewaring niet langer proportioneel is. Verweerder heeft echter gesteld dat er voldoende voortgang is in de uitzettingsprocedure en dat de maatregel van bewaring gerechtvaardigd blijft. De rechtbank heeft geoordeeld dat er geen aanleiding is om te concluderen dat verweerder onvoldoende voortvarend heeft gehandeld en dat het zicht op uitzetting naar Tunesië niet ontbreekt. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de maatregel van bewaring gehandhaafd.