ECLI:NL:RBDHA:2024:18903
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig nemen van besluit en verlaging bijstandsuitkering op grond van de Participatiewet
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 13 november 2024, wordt het beroep van eiser tegen het niet tijdig nemen van een besluit door het college van burgemeester en wethouders van Den Haag behandeld. Eiser had op 2 mei 2022 een aanvraag om bijstand ingediend, welke op 12 juli 2022 werd afgewezen. Na het indienen van bezwaar op 14 juli 2022, verstrakte de termijn voor een beslissing, wat leidde tot een beroep op 16 juni 2023. Het college heeft uiteindelijk op 12 juli 2023 bijstand toegekend voor de periode van 2 mei tot en met 31 mei 2022, maar legde een maatregel van 100% verlaging op voor een maand. De rechtbank oordeelt dat het college niet tijdig heeft beslist en stelt de dwangsom vast op € 1.442,-. Tevens wordt de maatregel van 100% verlaging vernietigd en omgezet naar 0% voor de duur van een maand, omdat er dringende redenen zijn om de maatregel af te stemmen op de omstandigheden van eiser. De rechtbank concludeert dat het college de grenzen van een redelijke wetstoepassing heeft overschreden door de maatregel niet af te stemmen op de situatie van eiser, die had gewacht met het indienen van zijn aanvraag uit angst voor het verlies van zijn recht op bijstand. De uitspraak benadrukt de noodzaak voor het college om bij het opleggen van maatregelen rekening te houden met de persoonlijke omstandigheden van de aanvrager.