In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, gedateerd 12 november 2024, wordt het beroep van eiseres, een vrouw van Afghaanse nationaliteit, tegen de niet-ontvankelijk verklaring van haar asielaanvraag beoordeeld. Eiseres, die samen met haar drie minderjarige kinderen asiel heeft aangevraagd, is statushouder in Italië. De rechtbank behandelt de zaak in het kader van het bestuursrecht en vreemdelingenrecht, waarbij de belangen van de minderjarige kinderen centraal staan. De rechtbank oordeelt dat de minister van Asiel en Migratie onvoldoende rekening heeft gehouden met deze belangen bij de beslissing om de asielaanvraag niet-ontvankelijk te verklaren. De rechtbank stelt vast dat de minister niet voldoende heeft gemotiveerd hoe de belangen van de kinderen zijn gewogen, vooral gezien de kwetsbare situatie van eiseres en haar kinderen, die te maken hebben gehad met huiselijk geweld en andere ernstige omstandigheden. De rechtbank vernietigt het bestreden besluit en draagt de minister op om binnen zes weken een nieuw besluit te nemen, rekening houdend met de belangen van de minderjarige kinderen. Tevens wordt de minister veroordeeld tot betaling van proceskosten aan eiseres.