ECLI:NL:RBDHA:2024:18262
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag op basis van ongeloofwaardig asielrelaas met betrekking tot seksuele gerichtheid
In deze uitspraak beoordeelt de Rechtbank Den Haag het beroep van eiser tegen de afwijzing van zijn asielaanvraag door de Minister van Asiel en Migratie. Eiser, een Nigeriaanse man geboren in 1973, heeft op 29 mei 2022 een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel. De aanvraag werd op 27 februari 2024 afgewezen, omdat verweerder het asielrelaas ongeloofwaardig achtte. Eiser stelde dat hij homoseksueel is en dat hij vanwege zijn seksuele gerichtheid in Nigeria gevaar loopt. Hij heeft een relatie gehad van 30 jaar met zijn partner, die om het leven kwam, waarna zijn familie hem bedreigde. Eiser heeft geprobeerd naar Europa te vluchten, maar werd geconfronteerd met een mensenhandelaar tijdens zijn reis.
De rechtbank heeft de verklaringen van eiser beoordeeld en geconcludeerd dat verweerder terecht twijfels had over de geloofwaardigheid van zijn relaas. Eiser heeft summier en oppervlakkig verklaard over zijn seksuele gerichtheid en de relatie met zijn overleden partner. De rechtbank oordeelt dat verweerder niet ten onrechte heeft gesteld dat eiser niet voldoende inzicht heeft gegeven in zijn gevoelens en ervaringen. Eiser heeft niet kunnen aantonen dat hij een reëel risico loopt bij terugkeer naar Nigeria. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en bevestigt de afwijzing van de asielaanvraag, waarbij eiser geen proceskostenvergoeding ontvangt.