Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.Het verloop van de procedure
mr. I.G.M. van Gorkum benoemd tot bijzondere curator voor [de minderjarige] waarbij de bijzondere curator is belast met de navolgende taak: “het op naam van [de minderjarige] openen van een bankrekening en het installeren van internetbankieren”. De behandeling van de zaak is vervolgens, in afwachting van het verslag van de bijzondere curator, pro forma aangehouden tot 30 september 2024.
- de genoemde beschikking van 29 mei 2024 en de daarin vermelde stukken;
- het verslag van de bijzondere curator van 19 augustus 2024;
- het bericht van de gecertificeerde instelling van 27 augustus 2024.
- de bijzondere curator;
- [naam] namens de gecertificeerde instelling.
2.De standpunten
3.De beoordeling
De bijzondere curator is vervolgens met [de minderjarige] nagegaan of er nog andere zaken geregeld moesten worden. In dat kader hebben [de minderjarige] en de bijzondere curator gesproken over de ov-kaart waarop zij - vanwege de opleiding die zij volgt - recht heeft, over het aanvragen van een zogenoemde Ooievaarspas en over de financiering van haar schoolboeken. Op 15 augustus 2024 hebben [de minderjarige] en de bijzondere curator opnieuw contact gehad. [de minderjarige] was op dat moment in afwachting van haar boekenlijst. Voor het financieren van haar boeken ging [de minderjarige] , met hulp van de jeugdbeschermer, een aanvraag indienen bij het fonds dat Jeugdformaat voor dit doel beschikbaar heeft. Ook zou [de minderjarige] , met hulp van een begeleider van Jeugdformaat, de Ooievaarspas gaan aanvragen. Ter zitting heeft de bijzondere curator nog aangevuld dat het inmiddels is gelukt om een laptop en de schoolboeken te bestellen.
21 december 2025,aan de kinderrechter en aan de belanghebbenden te sturen.
4.De beslissing
mr. I.G.M. van Gorkum,advocaat, kantoorhoudende te Den Haag,
21 december 2025schriftelijk verslag te doen aan de kinderrechter en aan de belanghebbenden;
21 december 2025in afwachting van het verslag van de bijzondere curator.
mr. E.E. Schotte, kinderrechter, in aanwezigheid van M.I. Klijn als griffier, en op schrift gesteld op 22 oktober 2024.
- door de verzoeker en degenen aan wie een afschrift van de beschikking is verstrekt of verzonden, binnen drie maanden na de dag van de uitspraak;
- door andere belanghebbenden binnen drie maanden na de betekening daarvan of nadat de beschikking aan hen op een andere wijze bekend is geworden.