ECLI:NL:RBDHA:2024:15629
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Beroep tegen niet tijdig beslissen op asielaanvraag niet-ontvankelijk verklaard
In deze zaak heeft eiseres, vertegenwoordigd door haar gemachtigde mr. S. Thelosen, beroep ingesteld tegen de minister van Asiel en Migratie, omdat deze niet tijdig heeft beslist op haar aanvraag voor een verblijfsvergunning asiel voor bepaalde tijd. De rechtbank heeft vastgesteld dat partijen geen zitting nodig achtten en het onderzoek heeft gesloten zonder verdere behandeling. De rechtbank heeft overwogen dat indien een bestuursorgaan niet tijdig beslist, de betrokkene eerst een ingebrekestelling moet indienen. Eiseres heeft haar asielaanvraag op 13 november 2023 ingediend, en volgens het besluit WBV 2023/3, dat op 27 januari 2023 in werking is getreden, zijn de beslistermijnen voor asielaanvragen verlengd. De rechtbank oordeelt dat de ingebrekestelling van eiseres, die op 8 augustus 2024 is ingediend, te vroeg was, omdat de beslistermijn door de WBV 2023/3 was verlengd tot 13 februari 2025. Hierdoor is niet voldaan aan de voorwaarden voor het indienen van beroep wegens niet tijdig beslissen. De rechtbank verklaart het beroep niet-ontvankelijk en ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is gedaan op 17 september 2024 en openbaar gemaakt.