Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiseres] , eiseres
Inleiding
Beoordeling door de rechtbank
Eiseres heeft op 21 augustus 2023 haar aanvraag ingediend. Verweerder heeft deze aanvraag op dezelfde dag ontvangen. Verweerder moet uiterlijk binnen 90 dagen na ontvangst van de aanvraag beslissen. [4] Verweerder heeft de beslistermijn met drie maanden verlengd. Eiseres heeft verweerder op 26 februari 2024, door verweerder ontvangen op 29 februari 2024, in gebreke gesteld. Dit is na het verstrijken van de beslistermijn. Ook heeft eiseres meer dan twee weken na de ingebrekestelling beroep ingesteld. Dit betekent dat het beroep terecht is ingediend. Het beroep is gegrond.
Omdat verweerder nog geen besluit heeft genomen, bepaalt de rechtbank dat verweerder dit alsnog moet doen. Het bestuursorgaan moet dit in principe doen binnen twee weken na het verzenden van de uitspraak. [5] In bijzondere gevallen of als dat voor de naleving van wettelijke voorschriften nodig is, kan de rechtbank een andere termijn opleggen. [6]
Beslissing
- stelt de door verweerder te betalen dwangsom vast op € 1.442,-;
- draagt verweerder op om binnen acht weken na de dag van verzending van deze uitspraak een besluit op de aanvraag bekend te maken. Indien binnen die termijn wordt besloten dat nader onderzoek moet plaatsvinden en dat aan eiseres schriftelijk is meegedeeld, dan moet het besluit binnen twintig weken na de dag van verzending van deze uitspraak bekend worden gemaakt;
- bepaalt dat verweerder het door eiseres betaalde griffierecht van € 187,- vergoedt;
- veroordeelt verweerder in de proceskosten van eiseres tot een bedrag van € 437,50.