Uitspraak
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[naam] , eiseres,
Inleiding
Voorgeschiedenis en totstandkoming van het besluit
Beoordeling door de rechtbank
.Hierna legt de rechtbank uit hoe zij tot dit oordeel komt.
Rechtbank Den Haag
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag, zittingsplaats Groningen, wordt het beroep van eiseres, een Nigeriaanse vrouw, tegen de afwijzing van haar aanvraag om uitstel van vertrek beoordeeld. Eiseres had op 1 februari 2023 een aanvraag ingediend op basis van artikel 64 van de Vreemdelingenwet 2000, maar deze werd afgewezen door de minister van Asiel en Migratie. De rechtbank behandelt het beroep op 27 juni 2024, waarbij zowel eiseres als haar gemachtigde, alsook de gemachtigde van de minister aanwezig zijn.
De rechtbank constateert dat eiseres eerder asielaanvragen heeft ingediend, die niet in behandeling zijn genomen of zijn afgewezen. De minister had op basis van adviezen van het Bureau Medische Advisering (BMA) geconcludeerd dat er geen medische noodsituatie zou ontstaan bij het uitblijven van behandeling van eiseres. De rechtbank oordeelt dat de minister zich terecht op het BMA-advies heeft gebaseerd, aangezien eiseres geen contra-expertise heeft overgelegd om de juistheid van het advies te betwisten.
De rechtbank komt tot de conclusie dat de minister op zorgvuldige wijze tot zijn besluit is gekomen en dat de beroepsgronden van eiseres niet slagen. De rechtbank verklaart het beroep ongegrond en wijst de verzoeken om proceskostenvergoeding af. De uitspraak is openbaar gemaakt op 15 juli 2024.