Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
uitspraak van de enkelvoudige kamer in de zaak tussen
[eiser], eiser,
Procesverloop
Overwegingen
Beslissing
www.rechtspraak.nl.
Rechtbank Den Haag
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 8 juli 2024 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser had op 22 mei 2024 een asielaanvraag ingediend, maar de minister van Asiel en Migratie heeft deze aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Oostenrijk verantwoordelijk is voor de behandeling. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, dat op 28 juni 2024 ter zitting is behandeld. Tijdens de zitting bleek dat eiser met onbekende bestemming was vertrokken, en de rechtbank heeft de gemachtigde van eiser verzocht om te bevestigen of hij recent contact had gehad met eiser en op de hoogte was van zijn verblijfplaats. De gemachtigde heeft echter geen contact kunnen bevestigen en op 5 juli 2024 heeft de rechtbank het onderzoek gesloten.
De rechtbank overweegt dat, gezien de recente jurisprudentie en de verklaring van de gemachtigde, eiser niet langer prijs stelt op de aanvankelijk gezochte internationale bescherming in Nederland. Aangezien er geen nieuwe informatie is verstrekt die tot een ander oordeel leidt, concludeert de rechtbank dat eiser geen belang meer heeft bij de inhoudelijke beoordeling van zijn beroep. Daarom verklaart de rechtbank het beroep niet-ontvankelijk. Er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en partijen zijn geïnformeerd over de mogelijkheid om in beroep te gaan bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.