ECLI:NL:RBDHA:2024:102
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing aanvraag uitstel van vertrek op gezondheidsgronden van Iraanse vreemdeling
In deze uitspraak van de Rechtbank Den Haag op 3 januari 2024 wordt het beroep van eiseres, een Iraanse vrouw geboren in 1949, tegen de afwijzing van haar aanvraag om uitstel van vertrek om gezondheidsredenen beoordeeld. Eiseres heeft in 2017 asiel aangevraagd in Nederland, maar haar eerdere aanvragen voor een verblijfsvergunning zijn afgewezen. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft haar aanvraag voor uitstel van vertrek op 20 april 2023 afgewezen, gebaseerd op een advies van het Bureau Medische Advisering (BMA). Dit advies concludeert dat de medische behandeling die eiseres nodig heeft, beschikbaar is in Iran en dat zij in staat is om te reizen, mits met de juiste ondersteuning.
De rechtbank oordeelt dat de staatssecretaris de afwijzing van de aanvraag terecht in stand heeft gelaten. Eiseres heeft niet aangetoond dat haar medische situatie zodanig is dat zij niet kan reizen of dat de zorg in Iran niet toegankelijk is. De rechtbank wijst erop dat eiseres onvoldoende bewijs heeft geleverd van haar financiële situatie en de kosten van de benodigde zorg in Iran. Bovendien is er geen bewijs dat haar medische klachten zullen verergeren door terugkeer naar Iran.
Eiseres heeft ook aangevoerd dat haar recht op privéleven niet voldoende is gewaarborgd, maar de rechtbank stelt vast dat de staatssecretaris in eerdere beslissingen al rekening heeft gehouden met haar medische situatie en de mogelijkheid van behandeling in Iran. De rechtbank concludeert dat het beroep ongegrond is en dat eiseres geen recht heeft op vergoeding van proceskosten.