ECLI:NL:RBDHA:2023:9245
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag en niet-ontvankelijkheid beroep wegens vertrek met onbekende bestemming
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 22 juni 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. De vreemdeling, die van Marokkaanse nationaliteit is, had op 25 mei 2023 asiel aangevraagd. Echter, op 1 juni 2023 is hij met onbekende bestemming vertrokken, zonder de autoriteiten te informeren over zijn verblijfplaats. De staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft de aanvraag op 2 juni 2023 afgewezen als kennelijk ongegrond. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld, maar de staatssecretaris verzocht om een versnelde behandeling van het beroep, gezien het vertrek van de vreemdeling. De gemachtigde van eiser heeft aangegeven geen contact meer te hebben met hem en heeft ook toestemming gegeven om het beroep buiten zitting af te doen. De rechtbank heeft het onderzoek gesloten en vastgesteld dat er geen procesbelang meer is, aangezien eiser niet meer in Nederland verblijft en geen prijs stelt op een inhoudelijke beoordeling van het beroep. De rechtbank heeft het beroep daarom niet-ontvankelijk verklaard en er is geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak is openbaar gemaakt en er kan binnen een week hoger beroep worden ingesteld bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State.