Uitspraak
RECHTBANK Den Haag
1.[de VOF],
[eisende partij sub 2],
[eisende partij sub 3],
1.Waar gaat deze zaak over?
2.De procedure
3.De feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
- i) De voorzieningenrechter constateert dat dat de VOF c.s. in haar vordering onder I. de oude handelsnaam van [gedaagde], te weten 'Kapsalon Promise', heeft opgenomen alsook een handelsnaam die [gedaagde] in het geheel niet gebruikt, te weten 'Hairsalon Promise' (in plaats van 'Hairstudio Promise'). Zij heeft echter ook gevorderd [gedaagde] het gebruik van iedere andere combinatie met de naam 'Promise' te verbieden. Mede in het licht van de stellingen van de VOF c.s. ter zitting, begrijpt de voorzieningenrechter de vordering van de VOF c.s. onder I. zo dat de VOF c.s. een verbod voor [gedaagde] vordert van het gebruik van een handelsnaam waarin het woord 'Promise' voorkomt voor de diensten waarvoor het merk van de VOF is ingeschreven, waaronder kapsalons. Hieronder valt ook de handelsnaam 'Hairstudio Promise';
- ii) De voorzieningenrechter begrijpt de stellingen van de VOF c.s. verder zo dat het teken waartegen de VOF c.s. ageert de huidige handelsnaam van de kapsalon van [gedaagde] is, namelijk 'Hairstudio Promise' (hierna ook: het teken). De VOF c.s. heeft betoogd dat [gedaagde] daarnaast ook de handelsnaam 'Kapsalon Promise' gebruikt, omdat haar onderneming nog met die naam staat ingeschreven in het handelsregister van de Kamer van Koophandel. [gedaagde] heeft hiertegen ingebracht dat zij weliswaar is vergeten om de naamswijziging door te voeren in het handelsregister van de Kamer van Koophandel, maar dat zij de handelsnaam 'Kapsalon Promise' niet meer voert. Op grond van artikel 1 Hnw is voor inbreukmakend gebruik bepalend de naam waaronder de onderneming feitelijk wordt gedreven, niet (zonder meer) de handelsregisterinschrijving. Dat [gedaagde] haar kapperszaak ook thans nog feitelijk drijft onder de naam 'Kapsalon Promise', is de voorzieningenrechter voorshands niet gebleken. Van belang in dit verband is ook dat [gedaagde] onweersproken naar voren heeft gebracht dat de aanduiding 'Kapsalon Promise', die nog te zien is op het raam rechts naast de deur van de kapsalon op de in 3.9 weergegeven foto, inmiddels is verwijderd;
- iii) Niet in geschil tussen partijen is dat de VOF haar merk heeft geregistreerd in 2016 en dat [gedaagde] sinds 2021 de handelsnaam 'Hairstudio Promise' voert. Hierdoor is sprake van een situatie dat met een ouder geregistreerd merk wordt opgetreden tegen een jongere handelsnaam.