Uitspraak
RECHTBANK DEN HAAG
1.VDH NEXT B.V.,
[verweerder2],
[verweerder3],
[verweerder4],
5.[verweerder5],
[verweerder6],
[verweerder7],
[verweerder8],
[verweerder9],
[verweerder10],
11.[verweerder11],
1.De procedure
aan de zijde van OTX
2.De zaak in het kort
3.De feiten
4.Het verzoek
5.Het verweer en het (voorwaardelijk) tegenverzoek
6.De beoordeling van het verzoek
fishing expedition. Dit verweer slaagt niet. Naar het oordeel van de rechtbank bestaat er een rechtstreeks verband tussen de feiten waarover de getuigen volgens OTX moeten worden gehoord en de beoogde vordering van OTX in de te entameren bodemprocedure. OTX heeft het feitelijk gebeuren waarover getuigen moeten worden gehoord voldoende duidelijk geconcretiseerd. De rechtbank neemt daarbij in aanmerking dat het voor OTX niet eenvoudig is de feiten concreter te maken, nu het vermoedens betreft van zaken die zich in de heimelijke sfeer zouden hebben afgespeeld.
7.De beslissing
21 februari 2023vanaf
9:00 uurten overstaan van mr. J.J. Kuipers;