Uitspraak
RECHTBANK
1.[gedaagde01] ,
2.2. [gedaagde02] ,
1.De procedure
- de mondelinge behandeling van 8 maart 2023, waarvan door de griffier aantekeningen zijn gemaakt.
2.De feiten
Goededag, ik heb contact gehad met een medewerker over de huurachterstand van de [adres01] . Momenteel zijn mijn ex vriend en ik uitelkaar. Op een strafrechtelijke wijze mogen wij niet in contact met elkaar komen. Het proces loopt nog verder, wij komen niet meer bijelkaar en ik zal ook niet meer in de woning verblijven. Ik zal me adres deze week veranderen. Ik wil graag een verzoek doen dat ik uit het huurcontract eruit gehaald kan worden aangezien de situatie zo is. Ik stuur ook even een foto van mij aangifte op zodat jullie ook wat duidelijkheid hebben. Hij zal uiteindelijk in de woning verblijven en ik niet meer. Ik zou graag willen weten wat jullie voormij kunnen betekenen.”
Wij hebben uw verzoek in goede orde ontvangen en zullen hierover in contact treden met uw accountmanager.
3.Het geschil
4.De beoordeling
Aangenomen dat, (…), het niet aangaat dat het contractuele medehuurders moeilijker gemaakt zou mogen worden om van een niet langer gewenste medehuur/samenwoningsrelatie af te komen dan bij wettelijke medehuur het geval is, ligt het dan voor de hand dat de contractuele medehuurders die het over hun uiteengaan eens zijn geworden, in weerwil van mogelijk andersluidende contractuele bepalingen in hun relatie ten opzichte van de verhuurder, de huur met gelding ten opzichte van één hunner kunnen opzeggen; en dat de verhuurder dan heeft te accepteren dat de desbetreffende partij ophoudt (mede)huurder te zijn vanaf de datum waartegen geldig is opgezegd, zoals dat bij de huurder in een wettelijke medehuurverhouding ook het geval is.”
5.De beslissing
€ 1.047,59 per maand, eerstens doch uiterlijk op 1 november 2022 daarna telkens bij ommekomst van een maand de hoofdsom met een maandhuur te verhogen tot en met de maand van dit vonnis;