ECLI:NL:RBDHA:2023:6831
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Afwijzing asielaanvraag wegens ongeloofwaardigheid van de gestelde problemen
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 28 april 2023 uitspraak gedaan in een asielprocedure. Eiser, een Algerijnse nationaliteit, heeft een aanvraag ingediend voor een verblijfsvergunning asiel, welke door de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid is afgewezen. De staatssecretaris heeft de aanvraag ongegrond verklaard, omdat de gestelde problemen van eiser met zijn broer ongeloofwaardig werden geacht. Eiser heeft aangevoerd dat hij bedreigd werd door zijn broer, die hem wilde dwingen om in de drugshandel te werken. Eiser vreesde voor zijn leven bij terugkeer naar Algerije. Tijdens de zitting op 25 april 2023 is eiser niet verschenen, maar zijn gemachtigde was wel aanwezig. De rechtbank heeft de argumenten van eiser beoordeeld, waaronder zijn verzoek om zijn zienswijze als herhaald en ingelast te beschouwen. De rechtbank oordeelde dat de staatssecretaris terecht de geloofwaardigheid van eisers verklaringen in twijfel trok, vooral omdat eiser niet in staat was om voldoende uitleg te geven over de beweegredenen van zijn broer. De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris niet verplicht was om verder onderzoek te doen naar de algemene situatie in Algerije, aangezien het asielrelaas van eiser niet geloofwaardig was. De rechtbank heeft het beroep van eiser ongegrond verklaard en de afwijzing van de asielaanvraag bevestigd.