ECLI:NL:RBDHA:2023:6068
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige bewaring en schadevergoeding in vreemdelingenrechtelijke procedure
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 26 april 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de maatregel van bewaring van een vreemdeling. Eiser, die de Marokkaanse nationaliteit heeft, was op 6 april 2023 in bewaring gesteld op grond van artikel 59a van de Vreemdelingenwet 2000. Eiser heeft tegen deze maatregel beroep ingesteld, waarbij hij tevens verzocht om schadevergoeding. De rechtbank heeft vastgesteld dat de maatregel van bewaring onrechtmatig was, omdat verweerder niet had nagegaan of er bezwaren bestonden vanuit het Openbaar Ministerie tegen de overdracht van eiser. De rechtbank oordeelde dat verweerder voorafgaand aan de oplegging van de maatregel een uittreksel uit de justitiële documentatie had moeten opvragen, gezien de strafrechtelijke antecedenten van eiser. De rechtbank heeft het beroep gegrond verklaard, de maatregel van bewaring opgeheven en de onmiddellijke invrijheidstelling van eiser gelast. Tevens is verweerder veroordeeld tot het betalen van schadevergoeding voor de onrechtmatige vrijheidsontneming en de proceskosten van eiser. De rechtbank benadrukte dat de maatregel van bewaring een inbreuk op het recht op vrijheid is en dat de autoriteiten zich van alle relevante feiten en omstandigheden moeten vergewissen voordat zij besluiten tot een dergelijke inbreuk.