ECLI:NL:RBDHA:2023:5999
Rechtbank Den Haag
- Eerste aanleg - enkelvoudig
- Rechtspraak.nl
Verantwoordelijkheid voor asielaanvraag onder de Dublinverordening en interstatelijk vertrouwensbeginsel
In deze zaak heeft de Rechtbank Den Haag op 19 april 2023 uitspraak gedaan in een bestuursrechtelijke procedure betreffende de asielaanvraag van eiser, die de Russische nationaliteit bezit. Eiser had op 11 oktober 2022 asiel aangevraagd in Nederland, maar de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid heeft deze aanvraag niet in behandeling genomen, omdat Spanje verantwoordelijk zou zijn voor de behandeling op basis van de Dublinverordening. Eiser heeft hiertegen beroep ingesteld.
De rechtbank heeft vastgesteld dat Spanje inderdaad verantwoordelijk is voor de behandeling van de asielaanvraag, omdat eiser in het verleden een visum van Spanje had dat geldig was op het moment van zijn asielaanvraag in Nederland. Eiser voerde aan dat hij geen binding had met Spanje en dat hij vanwege de oorlog in Rusland niet terug kon. De rechtbank oordeelde echter dat de omstandigheden van eiser niet voldoende waren om af te wijken van het interstatelijk vertrouwensbeginsel, dat inhoudt dat de autoriteiten van de lidstaat waar de asielaanvraag is ingediend, mogen vertrouwen op de behandeling van de aanvraag door de verantwoordelijke lidstaat.
De rechtbank concludeerde dat de staatssecretaris terecht had vastgesteld dat Spanje verantwoordelijk was voor de behandeling van de asielaanvraag en dat er geen bijzondere omstandigheden waren die een uitzondering op deze regel rechtvaardigden. Het beroep van eiser werd ongegrond verklaard, en er werd geen proceskostenveroordeling opgelegd. De uitspraak is openbaar gemaakt en kan worden aangevochten bij de Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State binnen een week na bekendmaking.